15 ECTS credits
450 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 6013474EER voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een verdiepend master niveau.
De masterproef zonder studiestage bestaat uit drie delen:
Deel 1. Notarieel dossier - In het eerste deel onderzoekt de student een volledig notarieel dossier, dat hem wordt bezorgd door de Opleiding Notariaat. Hiermee kan worden beoordeeld of de student een feitelijke situatie uit de notariële praktijk kan omzetten in juridische vragen en of hij deze casus intradisciplinair en contextueel kan benaderen.
De student vertrekt van de casus en van de daarbij gerezen vragen over de aanpak, de behandeling, de begeleiding, het advies en het verloop van het dossier. De student analyseert het dossier grondig en op wetenschappelijke wijze, d.w.z. dat hij de rechtsvragen die in deze casus rijzen formuleert en ontleedt. Ter beantwoording van deze vragen raadpleegt hij de wet, de relevante rechtspraak en de rechtsleer. Het dossier moet bovendien vakdomeinoverschrijdend of intradisciplinair worden behandeld.
De student stelt in het dossier, overeenkomstig de meegegeven opdracht, een advies op, waarbij hij aantoont dat hij creatief, flexibel en innoverend kan denken en dat hij alternatieve, doch wetsconforme oplossingen kan aanreiken die een afweging van voor- en nadelen toelaten. Hij geeft blijk van een kritische en reflectieve houding en toont aan een goed inzicht in de notariële deontologie te hebben verworven. Ten slotte zal hij waar nodig een overeenkomst of een akte opstellen, die duidelijk en volledig de afspraken tussen de partijen vastlegt, en waarvan hij de gevolgen kan inschatten en toelichten. Ook toont hij aan dat hij de hem voorgelegde vragen en de overwogen oplossingen kan toetsen aan de geldende rechtsnormen en deontologische regels.
De omvang van dit deel bedraagt minstens 15 bladzijden en maximum 20 bladzijden (A4 formaat, lettertype Times New Roman, grootte 12 (tekst) en 10 (voetnoten), enkele interlinie). De voetnoten worden onderaan de pagina opgenomen volgens de verwijzingsregels uit het recentste V&A-boekje.
Deel 2. Kritische noot - In het tweede deel annoteert de student een hem door de Opleiding Notariaat meegedeeld vonnis of arrest, waarin een probleem van notarieel recht aan bod komt. Uit de analyse van de rechterlijke uitspraak blijkt de vaardigheid van de student in het opsporen en het hanteren van de bronnen van het notarieel recht. Hij toont aan dat hij de aangereikte rechtspraak contextueel, kritisch en reflectief kan benaderen. Dit deel stemt met andere woorden overeen met wat in de rechtswetenschap een ‘kritische noot’ onder een gepubliceerd vonnis of arrest wordt genoemd.
De omvang van dit deel bedraagt minstens 5 bladzijden en maximum 10 bladzijden (A4 formaat, lettertype Times New Roman, grootte 12 (tekst) en 10 (voetnoten), enkele interlinie). De voetnoten worden onderaan de pagina opgenomen volgens de verwijzingsregels uit het recentste V&A-boekje.
Deel 3. Doctrinaire bijdrage - In het derde deel analyseert de student op wetenschappelijke en vakdomeinoverschrijdende wijze een zelf gekozen notarieelrechtelijk onderwerp. Er wordt niettemin ook vanuit de Opleiding Notariaat een lijst met onderwerpen ter beschikking gesteld via het online studieplatform Pointcarré. De student analyseert het concrete onderwerp grondig en kritisch, d.w.z. dat hij de rechtsvraag of de rechtsvragen die naar aanleiding van dit onderwerp rijzen, ontleedt en formuleert. Ter beantwoording van deze vragen raadpleegt hij de wet, de relevante rechtspraak en de rechtsleer en geeft hij een actuele stand van zaken en neemt standpunt in ter zake. Dit deel stemt met andere woorden overeen met wat in de rechtswetenschap een ‘doctrinaire bijdrage’ wordt genoemd.
De omvang van dit deel bedraagt minstens 20 bladzijden en maximum 25 bladzijden (A4 formaat, lettertype Times New Roman, grootte 12 (tekst) en 10 (voetnoten), enkele interlinie). De voetnoten worden onderaan de pagina opgenomen volgens de verwijzingsregels uit het recentste V&A-boekje.
Het is noodzakelijk dat de drie delen van de masterproef zich situeren in verschillende domeinen van het notarieel recht.
Uiterlijk 15 november van het lopende academiejaar dient de titel van de masterproef (met Engelse vertaling) te worden meegedeeld via het daartoe bestemde formulier per e-mail aan het secretariaat van de Faculteit Recht & Criminologie (faculteit.rechten@vub.ac.be). Ten laatste op 1 december ontvangt de student per e-mail het notarieel dossier (deel 1), het te annoteren vonnis of arrest (deel 2) en de goedkeuring, dan wel het verzoek tot aanpassing van het gekozen onderwerp (deel 3), evenals de naam van de begeleidende promotor(en).
De data voor indiening van de masterproef zijn voor de eerste zittijd – eerste examenperiode (januari) uiterlijk 15 december; voor de eerste zittijd – tweede examenperiode (juni) uiterlijk 30 mei en voor de tweede zittijd uiterlijk 16 augustus. Indien de universiteit gesloten is op deze dagen wordt de termijn verlengd tot de eerstvolgende werkdag.
Nadere informatie m.b.t. de masterproef en de wijze van indiening is terug te vinden in het onderwijs- en examenreglement met facultaire aanvullingen, terug te vinden via volgende link:
https://my.vub.ac.be/RC/reglementen-en-formulieren#reglementen.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Masterproef bepaalt 100% van het eindcijfer
Binnen de categorie Masterproef dient men volgende opdrachten af te werken:
De masterproef wordt voorafgaand aan de mondelinge verdediging voorlopig beoordeeld aan de hand van een uniform beoordelingsformulier. Het beoordelingsformulier wordt in het begin van het eerste semester onder de studenten verspreid via het online leerplatform Pointcarré en is raadpleegbaar via volgende link: http://www.vub.ac.be/notariaat/stageenmasterproef.htm.
De student moet minstens 10/20 behalen voor zijn masterproef om voor de opleiding geslaagd te zijn en dit ongeacht de beoordelingen dat hij voor de overige examens behaalde.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in het notariaat: Standaard traject