Bijzonder strafrecht

6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 4013003FER voor alle studenten in het 2e semester met een gespecialiseerd master niveau.

Semester

2e semester

Inschrijving onder examencontract

Mogelijk

Beoordelingsvoet

Beoordeling (0 tot 20)

2e zittijd mogelijk

Onderwijstaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit Recht en Criminologie

Verantwoordelijke vakgroep

Publiek recht

Onderwijsteam

Daniel De Wolf (titularis)

Onderdelen en contacturen

23 contacturen Hoorcollege
190 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen

Inhoud

Dit studiedeel bespreekt de belangrijkste misdrijven uit boek II van het Strafwetboek.

Hierbij wordt belang gehecht aan hun wettelijke bestanddelen (welke bestanddelen, betekenis begrippen, toepassingen) en de bestraffing en vervolging ervan. De belangrijkste rechtspraak en rechtsleer wordt besproken. Tevens wordt aandacht geschonken aan de toepassing van het algemeen strafrecht en de strafprocedure op deze misdrijven.

Volgende strafbaarstellingen worden minstens bestudeerd:

Valsheid in geschriften en gebruik van valse stukken en Valsheid in informatica
Verduistering, Belangenneming, Publieke omkoping
Weerspannigheid, smaad en geweld
Bendevorming en lidmaatschap criminele organisatie.
(On)opzettelijke doding en (on)opzettelijke slagen en verwondingen en foltering
Seksuele misdrijven
Schuldig hulverzuim, Exploitatie van de menselijke persoon (Mensenhandel), Belaging
Laster en eerroof
Diefstalen en afpersing
Oplichting, informaticabedrog en misbruik van vertrouwen
Heling
Brandstichting

Studiemateriaal

Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Syllabus bijzonder strafrecht, D. De Wolf, 2022
Praktisch cursusmateriaal (Vereist) : Strafwetboek, 2021

Bijkomende info

Geen.

Leerresultaten

Algemene competenties

De student kan aan de hand van de wettekst op een grondige wijze zelf de bestanddelen van de misdrijven ontleden, de betekenis van de begrippen aangeven en toepassingen aangeven.
De student kan de interpretatie en de betekenis van de begrippen aangeven aan de hand van rechtsleer en rechtspraak.
De student kan zelf problemen van algemeen strafrecht of strafprocedure herkennen.
De student kan zelfstandig de algemene beginselen van strafrecht en strafprocesrecht toepassen op het bijzonder deel van het strafrecht.
De student kan zelf de maatschappelijke impact van het bijzonder strafrecht aantonen.
De student kan de evolutie van het recht weergeven aan de hand van de opvattingen in rechtspraak en rechtsleer.
De student kan de verschillende kwalificaties vermeld in het Strafwetboek aangeven op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

Examen Mondeling met een wegingsfactor 100 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Het examen is mondeling. Aan de hand van korte casussen worden naar de correcte oplossing gepeild in de vorm van multiple-choice antwoorden. De student dient de reden te geven voor de keuze van antwoord en dient aan te geven waarom de andere mogelijke antwoorden niet overtuigden.

Tijdens de voorbereiding mag de student het studiemateriaal (handboek, eigen samenvattingen, wetboek) hanteren (open boek). Na de schriftelijke voorbereiding wordt de schriftelijke voorbereidingen overlopen en worden desgevallend bijvragen gesteld. Dit gebeurt zonder consultatie van het studiematerieel in die fase.

De student wordt geacht, naar aanleiding van de toetsing van de leerdoelen inzake de studie van de misdrijven uit boek II van het Strafwetboek, de regels van het algemeen strafrecht en de strafprocedure voldoende te kennen en te begrijpen opdat de student de regels betreffende de misdrijven kan kennen en begrijpen en het algemeen strafrecht en de strafprocedure erop kan toepassen. De student waarvan blijkt dat deze niet over de bedoelde voldoende kennis beschikt kan niet slagen voor het examen. Het examencijfer geeft de mate van gebrek aan kennis of begrip weer.

Bijzondere bepalingen betreffende het gebruik van hulpmiddelen tijdens examens:

1. Het “Aanvullend reglement met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen tijdens examens" is op de hierna vermelde uitzonderingen van toepassing.

2. Afwijking t.o.v. art. 3, § 1, eerste en tweede lid: Op uitzondering van de Larcier-wetboeken, is het gebruik van geannoteerde wetboeken (v.b. TWS, Die Keure geannoteerd wetboek, Larcier Wet & Duiding) of afdrukken van geannoteerde wetteksten uit databanken (v.b. Jura) niet toegelaten.

3. Bijzondere bepaling t.a.v. art. 3, § 1, tweede en derde lid: Het gebruik van materiaal voor indexering (ruiters, post-it’s, enz.) en het gebruik van fluo-aanduidingen is toegelaten om de betrokken misdrijven sneller terug te vinden. Dit mag niet zover gaan dat de verschillende bestanddelen van de misdrijven op een of andere wijze worden aangeduid (v.b. fluomarkering, onderstrepen, nummeren, enz.).

Toegestane onvoldoende

Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de rechten: Dual Master in Comparative Corporate and Financial Law
Master in de rechten: burgerlijk en procesrecht
Master in de rechten: criminologie
Master in de rechten: economisch recht
Master in de rechten: fiscaal recht
Master in de rechten: internationaal en Europees recht
Master in de rechten: publiek recht
Master in de rechten: sociaal recht
Master in de rechten: strafrecht
Master in de rechten: Law and Technology