Doelstellingen

zie leerresultaten

Terug naar boven

Leerresultaten

I. Algemene academische competenties
M1 De master beschikt over een open en kritische wetenschappelijke attitude en is in staat de ontwikkelde open attitude en kritische geest verder aan te scherpen en een wetenschappelijk onderbouwde kritische houding ten toon te spreiden in verschillende culturele en talige contexten.
M2 De master beschikt over wetenschappelijke zelfstandigheid en kan fundamenteel en toegepast onderzoek verrichten op niveau van een beginnend onderzoeker.
M3 De master beschikt over een originele, creatieve en multi- en interdisciplinair georiënteerde onderzoeksattitude , waardoor hij/zij in staat is nieuwe nationale en internationale ontwikkelingen binnen de gekozen subdisciplines (en de relevante brede wetenschappelijke en interculturele context) op te volgen.
M4 De master onderkent de deontologische en ethische aspecten van onderzoek en handelt in overeenstemming hiermee.
M5 De master beschikt over ondernemende competenties en is in staat zich op zelfstandige wijze te bekwamen in een aantal praktische vaardigheden eigen aan de nationale en internationale arbeidsmarkt
 
II. Disciplinespecifieke wetenschappelijke competenties
M6 De master beschikt over het vermogen om op wetenschappelijke wijze te denken en te handelen: hij/zij heeft diepgaande kennis, begrip en inzicht in het vakgebied van de studie van taal, toegepaste taalkunde of literatuur.
M7 Bewust van de interculturele maatschappij waarin de master leeft, kent hij/zij het belang van taal en taalgevoeligheden, in het bijzonder in de internationale en specifiek Brusselse context, heeft hij/zij verder inzicht in de effecten van globalisering op talen en in het nieuwe statuut van lokale talen en/of beseft hij/zij ten slotte de bijdrage van de literatuur tot een reflectie op het dagelijkse leven.
M8 De master is methodologisch bekwaam. Door begeleid en zelfstandig werk kan hij/zij taalkundige, toegepast taalkundige of literaire data en corpora data en corpora, theorieën en modellen analyseren, kritisch interpreteren en toepassen in concrete onderzoekssituaties.
M9 De master beschikt over communicatief en retorisch vermogen: hij/zij kan inzichtelijk en creatief, schriftelijk en mondeling communiceren over het eigen onderzoek met vakgenoten en leken van verschillende culturen.
M10 De master is op de hoogte van de belangrijkste actuele ontwikkelingen in het wetenschappelijk onderzoek op het vlak van taalkunde, toegepaste taalkunde of literatuur in al hun aspecten en kan hierover een gefundeerd standpunt innemen.
M11 De master levert, onder meer via de masterproef, een originele en creatieve bijdrage aan taalkundig, toegepast taalkundig of letterkundig onderzoek.
M12 De master kan de link leggen tussen onderzoek en de maatschappelijke toepassingen in het bredere werkveld van de linguïstiek en/of de literatuurwetenschap.
M13 De master heeft inzicht in de toepassingsmogelijkheden van het onderzoek, bijvoorbeeld op het vlak van communicatie, taal, literatuur en theater, intermedialiteit, taalverwerving en meertaligheid, taalvariatie, taalpathologieën.
 
III. Taalspecifieke competenties
M14 De master beheerst de gekozen talen, met name de taal waarin de masterproef is opgesteld, op het niveau C2 voor Frans, Nederlands en Engels, en op het niveau C1 voor Arabisch, Chinees, Duits, Italiaans, Portugees, Russisch, Spaans en Turks, van het "Common European Framework of Reference for Languages" voor begrijpen (luisteren en lezen), spreken (productie en interactie) en schrijven.

Terug naar boven

Studieplannen

In het kader van dit studieprogramma, zijn de volgende afstudeerplannen mogelijk:

profiel intermedialiteit - 1 taal
profiel intermedialiteit - 2 talen
profiel letterkunde - 1 taal
profiel letterkunde - 2 talen
profiel meertaligheid en vreemdetaalverwerving - 1 taal
profiel meertaligheid en vreemdetaalverwerving - 2 talen
profiel neuro- en psycholinguïstiek - 1 taal
profiel neuro- en psycholinguïstiek - 2 talen
profiel taalkunde - 1 taal
profiel taalkunde - 2 talen

Terug naar boven