6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1023348BNR voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen
Verantwoordelijke vakgroep
Educatiewetenschappen
Onderwijsteam
Liesa Van Liedekerke
Geert Vandermeersche (titularis)
Onderdelen en contacturen
26 contacturen Hoorcollege
8 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
Inhoud

Er is steeds een speciale relatie geweest tussen enerzijds de cultuur (bv. in de vorm van de populaire cultuur van film, muziek, sociale media, …) en anderzijds de identiteit van jongeren. Historisch gezien heeft populaire cultuur in grote mate ons idee van ‘de jongere’ gemaakt en beïnvloed. Dat doet ze nog steeds. In concrete termen hebben media een grote impact op hoe jongeren hun identiteit werkelijk vormgeven. Er komt dan ook een specifieke "jeugdcultuur": een cultuur gemaakt voor, maar evengoed ook door jongeren. Dit leidt ertoe dat volwassenen vaak bezorgd zijn over welke impact media hebben op jongeren. Maar jongeren geven dus ook vaak vorm aan onze maatschappij door te experimenteren en nieuwe (culturele) praktijken te ontdekken. Deze nieuwe culturele praktijken stellen hen in staat om zich uit te drukken, nieuwe gemeenschappen te maken, en ook om (politiek) te participeren. Deze wisselwerkingen staan centraal in dit vak.

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Powerpointslides, teksten en artikels bij een aantal lessen, Canvas
Bijkomende info

Digitaal cursusmateriaal (Vereist): Powerpointslides, eigen notities, teksten en artikels bij een aantal lessen via het elektronisch leerplatform Canvas.

Leerresultaten

ALGEMENE COMPETENTIES

De student ….

  • kan centrale concepten, theorieën en inzichten uit de jeugdstudies, culturele studies en verschillende mediatheorieën definiëren en in eigen woorden uitleggen, en in verband brengen met het thema "identiteit" bij jongeren;
  • kan zelfstandig op zoek gaan naar informatie rond concrete cases van subculturen, jongerenculturen en reacties op die jongerencultuur (bv. morele paniek) en dit toepassen in een analyse van de wisselwerking tussen cultuur en identiteit;
  • kan verschillende vormen van reacties op de opkomst van jeugdcultuur historisch situeren en hun processen en attributen uitleggen;
  • kan concrete cases van de wisselwerking tussen cultuur en jeugd analyseren en evalueren aan de hand van de aangeleerde theorieën met als uitkomst het formuleren van een advies over te nemen acties;
  • kan aan de hand van de rol van verschillende contexten (thuis, digitale omgevingen) en instituties (de school) de wisselwerking tussen jongeren en cultuur duiden
  • kan vanuit aangereikte kaders over jeugdactivisme, participatieve culturen en burgerschapseducatie engagment bij jongeren analyseren en evalueren.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 60% van het eindcijfer

WPO Praktijkopdracht bepaalt 40% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Schriftelijk examen met een wegingsfactor 60 en aldus 60% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Meerkeuzevragen en essay-vragen over de cursus

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Individuele opdracht met een wegingsfactor 40 en aldus 40% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Een individuele taak over 1 aspect van de cursus

Aanvullende info mbt evaluatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 60% van het eindcijfer

WPO Praktijkopdracht bepaalt 40% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:
Schriftelijk examen met een wegingsfactor 60 en aldus 60% van het totale eindcijfer.
Toelichting: Meerkeuzevragen en essay-vragen over de cursus

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:
Individuele opdrachten met een wegingsfactor 40 en aldus 40% van het totale eindcijfer.
Toelichting: Twee taken over 1 aspect van de cursus


Afwezigheid op ten minste één der verplichte examenonderdelen (schriftelijk examen en opdrachten) heeft afwezigheid voor de totaalbeoordeling tot gevolg.
Je dient op elk examenonderdeel geslaagd te zijn om te slagen voor dit vak. Indien je een onvoldoende hebt voor één van de twee onderdelen, krijg je een 9/20 toegekend of de gemiddelde score indien lager. Het deelcijfer waarvoor je in je eerste zittijd slaagde, mag je meenemen naar de tweede zittijd en hoef je dus niet opnieuw af te leggen.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de psychologie: Profiel arbeids- & organisatiepsychologie
Bachelor in de psychologie: Profiel klinische psychologie
Bachelor in de agogische wetenschappen: profiel culturele agogiek
Bachelor in de agogische wetenschappen: Verkort traject Profiel Culturele Agogiek
Schakelprogramma Master of Science in de agogische wetenschappen: Profiel Culturele Agogiek
Schakelprogramma Master of Science in de Onderwijskunde: Standaard traject
Schakelprogramma Master of Arts in de wijsbegeerte en de moraalwetenschappen: Gender en diversiteit
Schakelprogramma Master of Science in Educational Sciences: Exchange Ma Economics/Manageme
Voorbereidingsprogramma Master of Science in de agogische wetenschappen: Profiel Culturele Agogiek