6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1022241BNW voor werkstudenten in het 1e en 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
1e en 2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Je hebt 'Rechtsmethodologie I' gevolgd, alvorens dit vak op te nemen. Deze inschrijvingsvereiste is enkel geldig voor studenten bachelor Rechten (standaardtraject). Inschrijven voor dit opleidingsonderdeel is enkel mogelijk voor werkstudenten. Dagstudenten kunnen registreren voor opleidingsonderdelen waarvan de code eindigt op een R.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Metajuridica
Onderwijsteam
Kim Van Der Borght (titularis)
Frederic Eggermont
Christophe Janssens
Eduard Snijders
Peter Vanvelthoven
Floris Fonteyn
Dennis Cardinaels
Onderdelen en contacturen
8 contacturen Hoorcollege
26 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
225 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

 

Het opleidingsonderdeel is opgevat als een voortzetting van het opleidingsonderdeel Rechtsmethodologie I en als voorbereiding op het opleidingsonderdeel Seminarie. 

Terwijl in Rechtsmethodologie I in hoofdorde aandacht wordt besteed aan de componenten vraagstelling, opzoeking en schriftelijke verwerking van het juridisch verwerkingsproces, wordt in Rechtsmethodologie II de focus gelegd op de componenten analyse en mondelinge verwerking (met academisch Nederlands). Wanneer een student Rechtsmethodologie I en II met vrucht heeft gevolgd, heeft hij of zij alle tools in handen om te beginnen met het oplossen van complexe juridische casussen, wat het voorwerp uitmaakt van de inhoud van het opleidingsonderdeel Seminarie.  

Het opleidingsonderdeel overstijgt het louter juridische door een relatie te leggen met de maatschappelijke uitdagingen waarmee juridische professionals steeds zullen worden geconfronteerd en die hen dwingt om een onderzoekende en kritische houding aan te nemen om tot inzicht te komen en tot het formuleren van voorstellen voor oplossingen of voor al dan niet systematische veranderingen. Door tot het besef te komen dat het recht een systeem is met inherente tekortkomingen  wordt een open houding aangeleerd ten aanzien van alternatieve denkkaders en andere benaderingswijzen. Het opleidingsonderdeel biedt de student een interdisciplinaire toolbox aan met concepten, methoden en perspectieven die kritisch en concreet, divers en duurzaam zijn en die toelaten vanuit de dialoog met andere leefwerelden en contexten tot inzichten te komen en tot actie over te gaan. 

Aan de hand van verschillende thema’s leren de studenten om, vanuit een brede maatschappelijke en historisch gefundeerde kritische ingesteldheid ten aanzien van het recht, met datzelfde recht verder aan de slag te gaan. Een integere onderzoekende houding staat daarbij centraal, met aandacht voor de meerwaarde van de rechtsvergelijking door te putten uit het gebruik van anderstalige bronnen en een veelheid aan rechtskundige tradities.

 

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Powerpointpresentaties en andere (audiovisuele) documenten door de docent en de assistenten samengesteld en ter beschikking gesteld, Canvas
Handboek (Vereist) : BAMA Codex, Pakket verschillende delen, Die Keure, 2022
Bijkomende info

Wat betreft de werkcolleges en de opdrachten, wordt de vereiste documentatie door het onderwijsteam ter beschikking gesteld op Canvas. 

Leerresultaten

Algemene competenties

  • De studenten hebben inzicht in het juridisch verwerkingsproces en kunnen de verschillende componenten ervan in een complexe maatschappelijke en historische context plaatsen.
  • De studenten zijn zich ervan bewust dat het recht een systeem is met beperkingen en durven buiten het denkkader van dat systeem te treden. Zij beseffen dat elk denkkader een perspectief biedt op de werkelijkheid en het innemen van een bepaald standpunt impliceert, dat zelf weer voor kritische toetsing moet openstaan.
  • De studenten kunnen het recht toepassen met kennis van de complexe maatschappelijke uitdagingen (‘wicked problems’) waarmee de rechtsbeoefenaar wordt geconfronteerd. Zij leren omgaan met bevindingen uit andere wetenschappelijke hulpdisciplines.
  • De studenten zijn in staat om de bronnen van het recht te interpreteren. Met dit doel beschikken zij over kennis van verschillende multidisciplinaire interpretatietechnieken. Daarbij kunnen zij onder meer Franse, Engelse en Duitse bronnen gebruiken.
  • De studenten nemen een kritisch onderzoekende houding aan en kunnen het resultaat daarvan mondeling presenteren voor een publiek van juristen, waarbij zij het aanreiken van oplossingen of voorstellen tot verandering niet uit de weg gaan en in debat durven te treden. 
  • De studenten kunnen het resultaat van een juridisch onderzoek uitdrukken in een tekst die ook is bestemd voor niet-juristen.
  • De studenten hebben kennis van methodologische vaardigheden die het louter juridische overstijgen. Zij begrijpen de noodzaak en de zin van een interdisciplinaire aanpak.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
WPO Praktijkopdracht bepaalt 50% van het eindcijfer

WPO Paper bepaalt 50% van het eindcijfer

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Oefeningen met een wegingsfactor 50 en aldus 50% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie WPO Paper dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Taak met een wegingsfactor 50 en aldus 50% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Voor de evaluatie wordt rekening gehouden met twee activiteiten:

1.    Een groepsopdracht waarbij een presentatie wordt gegeven over een juridisch probleem ingebed in de maatschappelijke uitdagingen die ermee gepaard gaan en waarbij in debat wordt getreden met kritische stemmen.
2.    Een individuele paper bestemd voor een publiek dat niet uitsluitend bestaat uit juristen.

Het eindcijfer wordt bekomen door het optellen van de cijfers voor de twee activiteiten. De concrete uitwerking van de puntentoekenning wordt uitgewerkt op Canvas. 

De niet-deelname aan de activiteiten leidt tot een vaststelling van afwezigheid (A). Een laattijdige indiening van de individuele paper wordt gesanctioneerd met een strafpunt (- 1) per dag beginnend op de dag na de deadline.

De student kan pas slagen indien hij minstens de helft heeft behaald voor elk van de geëvalueerde activiteiten.

De aanwezigheid van studenten op de werkcolleges is verplicht, omdat die essentieel zijn voor de voorbereiding op de groepsopdracht en de individuele paper. De student die tijdens één van de werkcolleges ongewettigd afwezig is, wordt verwezen naar de tweede zittijd. De student die tijdens deze werkcolleges meer dan 1/4 gewettigd afwezig is, wordt eveneens verwezen naar de tweede zittijd. De studenten kunnen worden verzocht, ter voorbereiding van de werkcolleges, om bepaalde opdrachten te vervullen (zoals opzoekingen of het voorbereiden van een (tegen)argumentatie); de weigering om de opdrachten te maken, wordt beschouwd als een niet-participatie aan de werkcolleges.

RICHTLIJNEN 2DE ZITTIJD

In het geval de student voor de groepsopdracht of de individuele paper een voldoende heeft behaald in de eerste zittijd, wordt dat deelresultaat overgedragen naar de tweede zittijd. Een student kan hiervan afzien ten laatste vóór het begin van de tweede zittijd hiervan mededeling te doen aan de titularis van het opleidingsonderdeel via e-mail. Ieder van de voormelde onderdelen waarvoor de student minstens een voldoende heeft behaald in de tweede zittijd, wordt overgedragen naar het volgende academiejaar. Een student kan hiervan afzien door ten laatste op 1 oktober dit te melden aan de titularis van het opleidingsonderdeel via e-mail.

Studenten die niet geslaagd zijn en voor het vak Rechtsmethodologie II geen 10/20 hebben behaald, moeten ieder onderdeel van het vak waarvoor zij niet minstens de helft van het cijfer hebben behaald, opnieuw afleggen in de tweede zittijd. Wat betreft het onderdeel ‘Groepsopdracht’ houdt dit in dat de student in de tweede zittijd een opdracht met dezelfde finaliteit maakt. Wat betreft het onderdeel ‘Paper’ houdt dit in dat de student een nieuwe paper met een nieuw onderwerp dient te schrijven. De taak moet uiterlijk op 16 augustus worden ingediend (per e-mail naar de assistent). Dezelfde sanctie bij niet-deelname of laattijdigheid als in de eerste zittijd is van toepassing.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de rechten: Standaard traject
Bachelor in de rechten: Verkort traject
Schakelprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject