Burgerschap en participatie

6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 4022129ENR voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend master niveau.

Semester

2e semester

Inschrijving onder examencontract

Niet mogelijk

Beoordelingsvoet

Beoordeling (0 tot 20)

2e zittijd mogelijk

Ja

Onderwijstaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit Sociale Wetensch & SolvayBusinessSchool

Verantwoordelijke vakgroep

Politieke Wetenschappen

Onderwijsteam

Dimokritos Kavadias (titularis)
Gide Van Cappel

Onderdelen en contacturen

0 contacturen Exam
26 contacturen Lecture
12 contacturen Practical exercises
141 contacturen Self study

Inhoud

In deze module staat de idee van actief burgerschap centraal. Actief burgerschap behelst zowel een notie van democratisch burgerschap als van participatie om sociale verandering te bewerkstelligen. In eerste instantie zoeken we de wortels van de idee van burgerschap. Hoewel er een consensus bestaat over de wenselijkheid van burgerschap, blijft het concept zelf complex en onderhevig aan verandering. Dit is onder meer te wijten aan het feit dat ideeën van democratisch burgerschap vaak berusten op verschillende theoretische en empirische perspectieven. Wat is democratisch burgerschap en wat kenmerkt 'de goede democratische burger'? Wat is de verhouding tussen actief democratisch burgerschap en sociale verandering? Hoe kan actief burgerschap worden verzoend met de gevolgen van grote breuklijnen die onze samenlevingen ondervinden? Dit zijn vragen die centraal staan in de cursus. We gaan hierbij in op de maatschappelijke, politiek, filosofisch-juridische, en internationale dimensie van burgerschap. Daarnaast gaan we in op de empirische bevindingen inzake participatie.

In een eerste deel van de module worden de concepten van burgerschap en participatie verkend, in verhouding tot sociale verandering.

In een tweede deel wordt het thema van burgerschap, participatie en sociale verandering geëxploreerd op basis van case studies.

Bijkomende info

Alle documenten (teksten en slides) zullen beschikbaar gesteld worden via Canvas.

Leerresultaten

Algemene competenties

Na het volgen van dit studiedeel moeten de studenten de volgende doelstellingen bereikt hebben:

1. Studenten kunnen zelfstandig de ontwikkelingen binnen het deeldomeinen van burgerschapsstudies volgen;
2. Studenten kunnen zelfstandig maatschappelijke ontwikkelingen en problemen in politicologische termen vatten en vertalen in een concrete beleidsvraag;
3. Studenten kunnen zelfstandig een onderzoeksdesign opzetten en de stappen in een onderzoeksplan uitstippelen;
4. Studenten kunnen zelfstandig een onderzoeksdesign uitvoeren om een beleidsvraag wetenschappelijk onderbouwd te beantwoorden;
5. Studenten kunnen zich op kritische wijze positioneren ten aanzien van de internationale politicologische literatuur omtrent burgerschap;
6. Studenten kunnen zelfstandig analytisch, genuanceerd en kritisch reflecteren over actuele problemen en beleidsontwikkelingen die raken aan burgerschap;
7. Studenten kunnen zelfstandig schriftelijk rapporteren over hun onderzoek en dit mondeling op wetenschappelijk verantwoorde wijze aan vakgenoten toelichten en er vragen over beantwoorden;
8. Studenten kunnen zelfstandig en op basis van eigen onderzoek een genuanceerde argumentatie ontwikkelen en een beredeneerd standpunt formuleren en verdedigen;
9. Studenten kunnen kritisch reflecteren over hun onderzoek en gaan constructief om met kritische kanttekeningen van vakgenoten;
10. Studenten laten zich in hun onderzoek niet leiden door politieke of levensbeschouwelijke dogma’s;
11. Studenten gaan gewetensvol om met de intellectuele eigendom van anderen;
12. Studenten kunnen hun politicologische inzichten aanwenden om kritische kanttekeningen te plaatsen bij stereotyperingen, gemeenplaatsen en overhaaste veralgemeningen.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 40% van het eindcijfer

Examen Andere bepaalt 60% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

• Schriftelijk Examen met een wegingsfactor 40 en aldus 40% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:

• Case-paper met een wegingsfactor 30 en aldus 30% van het totale eindcijfer.
• Mondelinge presentatie met een wegingsfactor 20 en aldus 20% van het totale eindcijfer.
• Mondelinge discussie met een wegingsfactor 10 en aldus 10% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Studenten zullen op vier manieren geëvalueerd worden:

1. Case-paper (30%): de case-paper is een groepspaper. In sommige gevallen kunnen de studenten een case waarin een burgerschapskwestie centraal staat, beschrijven met de uitwerking van dilemma’s en spanningen.  In andere gevallen ontwikkelen de studenten een integrale beleidsrelevante nota voor een administratie of organisatie over een thema dat raakt aan burgerschap en participatie.
2. Presentatie (20%): De student dient een presentatie te geven van een tekst rond het thema van burgerschap/participatie.
3. Discussant (10%): Elke student dient minstens 1 maal de rol van discussant op zich te nemen waarin de presentatie van een medestudent kritisch wordt doorgelicht.
4. Examen (40%): De studenten leggen een schriftelijk examen af waarin de stof via open vragen wordt getoetst.

Voor de totstandkoming van de individuele quotering op het groepswerk zal gebruik gemaakt worden van een peer assessment (verplicht). Studenten dienen hierbij zichzelf en medegroepsleden te beoordelen op een aantal criteria. Het resultaat hiervan is een individuele aanpassingsfactor. De aanpassingsfactor zal gebruikt worden om het groepspunt (= de inherente waarde van het groepswerk) te individualiseren. Dit gebeurt door het groepspunt te vermenigvuldigen met de aanpassingsfactor. Het groepswerk wordt gequoteerd op xx/20, en heeft een gewicht van 30 % in de quotering van het hele opleidingsonderdeel.

Als een student geen peer assessment invult binnen de gestelde deadline, kan de docent beslissen om de maximale aftrek van punten te hanteren. De docent heeft steeds het laatste woord en kan beslissen om de aanpassingsfactor te versterken, af te zwakken, of er zelfs helemaal geen rekening mee te houden, indien de bekomen scores niet betrouwbaar blijken te zijn.

Deze beslissing zal in principe slechts in uitzonderlijke gevallen genomen worden, maar zal steeds gebaseerd zijn op duidelijke argumenten, analyses, en/of extra observaties/gesprekken.

Belangrijk: studenten kunnen niet slagen als ze niet hebben deelgenomen aan de uitwerking van de case-paper / groepsnota, de presentatie niet hebben gegeven en niet als discussant hebben opgetreden.
Enkel het examen en de groepspaper kunnen in 2de zit worden hernomen.

Toegestane onvoldoende

Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de politieke wetenschappen: democratie en leiderschap