4 ECTS credits
120 u studietijd
Aanbieding 2 met studiegidsnummer 4020042ENR voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend master niveau.
De klinische stages beogen de ontwikkeling van :
De opleidingsonderdelen van het eerste semester van het jaar master Arts vormen integraal de vereiste voorkennis. De specifieke voorwaarden om te mogen starten met de klinische stages staan uitgebreid beschreven in de “Regeling van de klinische stages artsopleiding”.
Op het einde van het mastertraject integreert de student kennis en vaardigheden om tot een volwaardig medische professional uit te groeien. Hierbij worden volgende leerresultaten, die vertrekken van de CanMedsrollen, beoogd:
I Medisch handelen
•De student beschikt over voldoende kennis ,inzicht en vaardigheid om onder toezicht patiëntenzorg te verlenen
•De student leert het diagnostische en preventief arsenaal : het afnemen van een relevante accurate anamnese, het doelmatig lichamelijk onderzoek, het verzamelen, analyseren en interpreteren van de gegevens , het stellen van diagnoses en de mogelijkheden tot behandeling
•De student herkent specifieke ziektebeelden (zie raamplan)
•De student vindt snel en effectief de vereiste informatie (het stellen van de juiste vragen, het systematisch zoeken naar onderbouwing in de literatuur, het kritisch evalueren van de literatuur om de besluitvorming te optimaliseren)
II Communicatie
•De student luistert goed en verkrijgt doelmatige en relevante patiënteninformatie . Hij toont begrip , en empathie met respect voor vertrouwelijkheid
•De student kan in juiste en begrijpelijke en empathische bewoordingen aan de patiënt en of familie de noodzakelijke en gewenste informatie geven
•De student kan mondeling en schriftelijk verslag doen van de patiëntencasus met formulering van conclusies en of vragen voor diagnostiek en behandeling
•De student kan zijn wetenschappelijk werk communiceren (masterthesis)
III Samenwerken
•De student overlegt met anderen ; hij kent de mogelijkheden van andere zorgverleners en van de verschillende medische disciplines
•De student werkt in teamverband
•De student betrekt patiënt en familie in de besluitvorming en integreert de mening van de patiënt en zorgverleners in de behandelplannen
IV Organisatie
•De student organiseert zijn werk in balans met persoonlijke ontwikkeling
•De student heeft inzicht in administratieve taken in eerste lijn en ziekenhuisgeneeskunde
•De student leert prioriteren
•De student kent het gezondheidssysteem in België en dus financieel –economische implicaties. Hij/zij leert doelmatig omgaan met de middelen.
•De student maakt gebruik van informatica en verwerft inzicht in de medische en patiënt -gerelateerde databases
V Maatschappelijk handelen
•De student herkent de psychosociale, economische en biologische aspecten die de gezondheid van de patiënt beïnvloeden en zal consequent werken aan de bevordering van de gezondheid
•De student kent de juridische implicaties van de patiëntenzorg (rechten van patiënten, beroepsgeheim, DNR codes, levenseinde begeleiding)
•De student kan omgaan met fouten in de praktijk en weet hoe hij of zij preventief kan inwerken
VI Kennis en wetenschap
•Net als voor medisch handelen zal de student de juiste vragen stellen , doelmatig zoeken en de kwaliteit evalueren van de evidentie
•De student evalueert zijn persoonlijke leerbehoefte ontwikkelt een adequate leermethode en evalueert zelfstandig of met peers zijn/haar leerresultaten
•De student heeft inzicht in de methodologie van klinisch en wetenschappelijk onderzoek en wordt betrokken bij het onderzoek in het kader van de masterthesis (opstellen onderzoekshypothese, opstellen juiste onderzoeksmethodologie, gegevens verzamelen en analyseren en tenslotte correcte conclusie trekken, opstellen van een artikel )
•De student helpt bij informatie overdracht naar andere studenten en gezondheidsmedewerkers
VII Professionaliteit
•De student levert patiëntenzorg onder toezicht op een integere en ethisch verantwoorde wijze
•De student kent professionele, ethische en wettelijke codes waartoe hij zich verbindt
•Hij / zij gaat om met diversiteit in etnische en culturele achtergrond en met maatschappelijk evoluties in de gezondheidszorg
•De student kent de grenzen van zijn eigen competenties en handelt binnen deze grenzen
•De student herkent ethische dilemma’s
•De student reageert adequaat op onprofessioneel gedrag
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
ZELF Stage bepaalt 100% van het eindcijfer
Binnen de categorie ZELF Stage dient men volgende opdrachten af te werken:
Tijdens elke stage wordt de student permanent begeleid en geëvalueerd. Dit resulteert in een eindbeoordeling naar beroepskennis en beroepsattitude voor elke stageperiode. Op de meeste stagediensten wordt ook een tussentijdse beoordeling voorzien. Het definitieve eindcijfer voor de klinische stages wordt op basis van deze beoordelingsformulieren vastgelegd in de "pre-deliberatievergadering" van de stagecommissie artsopleiding in de eerste en tweede zittijd van het academiejaar. De elementen die bijdragen tot de samenstelling van het eindcijfer en de criteria voor de stagebeoordelingen worden in extenso beschreven in de "Regeling van de klinische stages artsopleiding".
Dit studiedeel maakt geen deel uit van vastgelegde afstudeervereisten. Het is aldus een vrij keuzevak.