6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 4023663ENR voor alle studenten in het 1e semester met een verdiepend master niveau.

Semester
1e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Metajuridica
Onderwijsteam
Jean-Marc Piret (titularis)
Onderdelen en contacturen
0 contacturen Exam
26 contacturen Lecture
Inhoud

In dit vak wordt maatschappelijke veiligheid bestudeerd vanuit een ideeënhistorische, rechtsfilosofische en criminologische invalshoek. Daarbij zullen zowel feitelijke evoluties in het denken over veiligheid alsook normatieve vraagstukken aan bod komen. Eerst wordt gekeken naar de historische evolutie van het denken over veiligheid. Dit perspectief mondt uit in de vraag of veiligheid een staatstaak dan wel een grondrecht is. Vervolgens komt de vraag centraal te staan of efficiënte terrorismebestrijding een juridische noodtoestand vereist en welke gevaren voor de rechtsstaat daarmee verbonden zijn. Ook wanneer niet expliciet een noodtoestand wordt afgekondigd, kan er op sluipende wijze een uitzonderingsregime ontstaan door het gefaseerd opvoeren van “dreigingsniveaus” met daaraan gekoppelde bijzondere bevoegdheden. In dit type van situatie krijgt de uitvoerende macht gaandeweg meer bevoegdheden en moet het klassieke retributieve en retrospectieve strafrecht wijken voor risicorecht en risicojustitie die in het teken staan van proactieve gevarenafweer en risicopreventie. Deze trend wordt bijvoorbeeld manifest in de uitbreiding van bestuurlijke dwangmaatregelen ter bestrijding van terrorisme en in de toename van de strafbare voorbereiding.

In het volgende luik wordt aan de hand van het Amerikaanse voorbeeld geïllustreerd hoe een politiek van terrorismebestrijding, wanneer deze onvoldoende rechtsstatelijk wordt genormeerd, kan leiden tot een militarisering van het strafrechtssysteem en tot het uithollen van burgerrechten en vrijheden. De politiek-ethische legitimatie die aan een dergelijk beleid ten grondslag ligt, loopt langs de lijnen van het argument van het minste kwaad: hoe groter het gevaar is, des te uitzonderlijker ook de middelen mogen zijn om dit gevaar te bestrijden, zelfs wanneer die middelen zelf ook niet zonder gevaar zijn. Op die manier ontstaat er een systeem van uitzonderingsrecht dat initieel bedacht wordt om gedurende een korte periode het hoofd te bieden aan een uitzonderlijke bedreiging van de veiligheid, maar dat gaandeweg als “normaal” beschouwd wordt en dat blijft voortbestaan ook wanneer geen acute terrorismedreiging meer aantoonbaar is. Aan de orde komen: de disproportionele groei van de uitvoerende macht onder de Bush-regering; enkele arresten van het Amerikaanse Hooggerechtshof over de Guantanamo Bay gedetineerden; de legitimatie van foltering via het “ticking bomb” scenario door de juristen van het Amerikaanse “Office of Legal Council” (onder de Bush regering) en de kritiek daarop; het onderscheid tussen “justification” en “excuse” tegen de achtergrond van noodsituaties. De vraag of foltering ooit gerechtvaardigd kan worden zal daarbij ook vanuit ethisch perspectief onderzocht worden. (Daarbij komt ook een spraakmakende Europese casus aan de orde).

Verder wordt aan de hand van het probleem van de “extra-judicial killings” (buitengerechtelijke executies) van (Amerikaanse) terrorismeverdachten vanuit bewapende “drones” en de manier waarop dit gerechtvaardigd werd, getoond dat het uitzonderingsrecht dat onder de Bush-administratie ingevoerd werd, door de regering Obama gecontinueerd en verder uitgebreid werd. Ook zal in dit verband blijken dat het internationaal recht over gewapende conflicten ernstig in crisis verkeert en niet meer aangepast is aan de strijd van staten tegen internationale terroristische netwerken die zelf geen staten zijn.

Tenslotte zal in een gastcolleges enerzijds aandacht besteed worden aan de rechtvaardiging van geweld door IS en aan de verleidingsstrategie van IS richting westerse moslims en anderzijds aan de emotionele en motivationele aspecten van radicalisering.

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Veiligheid, terrorisme en mensenrechten, Een reader met teksten, Canvas
Bijkomende info

Een reader met teksten zal via Canvas ter beschikking gesteld worden.

Leerresultaten

Algemene competenties

In dit vak worden enkel colleges gedoceerd door de docent. Studenten kunnen vragen stellen en discussiepunten naar voor brengen. Doel is dat studenten reflexief leren omgaan met vraagstukken rond veiligheid en vrijheid en dat ze op een leergierige wijze zelf onderzoek leren doen over rechtsfilosofische vraagstukken.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Examen Schriftelijk met een wegingsfactor 1 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Schriftelijk examen: multiple choice.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de rechten: Dual Master in Comparative Corporate and Financial Law
Master in de rechten: burgerlijk en procesrecht
Master in de rechten: criminologie
Master in de rechten: economisch recht
Master in de rechten: fiscaal recht
Master in de rechten: internationaal en Europees recht
Master in de rechten: publiek recht
Master in de rechten: sociaal recht
Master in de rechten: strafrecht
Master in de criminologische wetenschappen: Standaard traject
Educatieve master in de maatschappijwetenschappen: rechten (90 ECTS, Etterbeek)
Educatieve master in de maatschappijwetenschappen: criminologische wetenschappen (90 ECTS, Etterbeek)