6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 4016125ENR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een verdiepend master niveau.

Semester
1e en 2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Wetenschappen en Bio-ingenieurswetensch.
Verantwoordelijke vakgroep
Computerwetenschappen
Onderwijsteam
Denis Steckelmacher (titularis)
Onderdelen en contacturen
150 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

De bedrijfsstage biedt de student de mogelijkheid om op een begeleide manier kennis te maken met het beroepsleven en de opgedane schoolse kennis toe te passen in de praktijk. Het biedt tevens de mogelijkheid om de aangeleerde communicatieve vaardigheden te toetsen aan de praktijk en aan te scherpen waar nodig. Stage lopen in het kader van een universitaire opleiding betekent eveneens dat de gelegenheid moet bestaan om bestaande kennis uit te breiden door bijvoorbeeld het gebruiken van nieuwe technologieën.
De opdracht die tijdens de stage wordt uitgevoerd moet overeenkomen met het werk van een universitaire informaticus en kan gezien worden als voorbereiding op of gecombineerd worden met de masterproef.

Voor een stage die niet gecombineerd wordt met een masterproef, wordt de opdracht vastgelegd in een stagebeschrijving die voor aanvang van de stage moet worden goedgekeurd door de stagebegeleider (zie verderop). De student maakt tevens een werkplan op. De stage wordt begeleid door een stagebegeleider en een stagemonitor. De stagebegeleider is lid van het zelfstandig academisch personeel en titularis van een opleidingsonderdeel van de Bachelor Computerwetenschappen, Master Toegepaste Informatica, Master Computerwetenschappen of Master Toegepaste Computerwetenschappen. De stagemonitor is een personeelslid van het bedrijf of de organisatie waar de student zijn stage zal uitvoeren. De stagemonitor staat in voor de dagdagelijkse begeleiding van de stage en voor de beoordeling van de uitvoering van de stage.

Een stage die gecombineerd wordt met een masterproef wordt begeleid door een VUB promotor en een stagemonitor. Dit moet vermeld worden bij het indienen van het formulier voor het registeren van de masterproef. De VUB promotor is lid van het zelfstandig academisch personeel en titularis van een opleidingsonderdeel van de Bachelor Computerwetenschappen, Master Toegepaste Informatica, Master Computerwetenschappen of Master Toegepaste Computerwetenschappen. De stagemonitor is een personeelslid van het bedrijf, de organisatie of de onderzoeksgroep waar de student zijn stage zal uitvoeren. De stagemonitor staat in voor de dagdagelijkse begeleiding van de stage en masterproef en is samen met de promotor verantwoordelijk voor de beoordeling van de uitvoering van de stage en masterproef.

Bijkomende info

De stage kan aanvangen tijdens de zomervakantie voorafgaand aan het academiejaar waarin de Master wordt doorlopen en dient ten laatste beëindigd te zijn vóór de aanvang van de 2de examenzittijd. De duur van de stage bedraagt minimaal 18 werkdagen. De stagedagen mogen gespreid worden zodat de student(e) in staat is al zijn/haar lessen aan de universiteit bij te wonen.

De student dient zijn stageplaats en stagebegeleider/promotor ZELF te regelen. Aanbiedingen van bedrijven, organisaties zullen op de website van de vakgroep Computerwetenschappen bekend gemaakt worden. Een internationaal bedrijf of organisatie behoort tot de mogelijkheden.

De stagebegeleider/promotor is lid van het zelfstandig academisch personeel en titularis van een opleidingsonderdeel van de Bachelor Computerwetenschappen, Master Toegepaste Informatica, Master Computerwetenschappen of Master Toegepaste Computerwetenschappen. De stage kan pas aanvangen na goedkeuring van de stagebeschrijving (resp. masterproef) door de stagebegeleider (resp. promotor). Indien nodig wordt er een stageovereenkomst opgesteld dat ondertekend wordt door de stagiair(e), stagebegeleider (of decaan) en het bedrijf. De stageovereenkomst wordt in drievoud opgemaakt, zodat de stagebegeleider of promotor, de stagiair(e) en het bedrijf elk een exemplaar in hun bezit hebben vóór aanvang van de stage. De student(e)/stagiair(e) zorgt er voor dat alle partijen de stageovereenkomst ondertekenen en een ondertekend exemplaar krijgen.

Voor een stage die niet gecombineerd wordt met een masterproef, dient de student bij aanvang van de stage een stageplan op te stellen in overleg met de stagemonitor. Het stageplan wordt uiterlijk een week na aanvang van de stage ingediend bij de stagebegeleider. Na afloop van de stage dient de student een stageverslag in bij de titularis en contacteert de student de titularis i.v.m. het vastleggen van een datum voor de presentatie. 

Studenten die omwille van beroepsactiviteiten menen in aanmerking te komen voor een vrijstelling kunnen steeds een gemotiveerde aanvraag indienen bij de examencommissie.

Studiemateriaal is door de student zelf te verzamelen, afhankelijk van de stageopdracht.

Leerresultaten

Algemene competenties

De student kan de verworven kennis in de praktijk (een bedrijf, instelling, organisatie, ...) toepassen.
De student heeft voeling met de werkomgeving, eventuele bedrijfsstructuren en bedrijfsmentaliteit, en de verschillende functies die een universitaire informaticus kan vervullen.

Om de stage tot een goed einde te brengen dienen de studenten zich een aantal praktische vaardigheden eigen te maken:
- Sollicitatievaardigheden:
Studenten dient zelf een stageplaats te vinden door telefonisch, elektronisch, en/of direct contact te leggen met bedrijven, onderzoeksgroepen en/of organisaties. Taal, houding, onderhandelingstechnieken en overtuigingscapaciteiten zijn hierbij van belang;
- Administratie:
Studenten dient zelf de administratieve formaliteiten rond de stage in orde te brengen;
- Opstellen en naleven van een werkplan:
Studenten dient een werkplan en een tijdsplanning op te stellen (in samenspraak met de stagemonitor) voor het uitvoeren van de stageopdracht. Hierdoor leert de student om mijlpalen en doestellingen te formuleren en een realistische inschatting te maken van de werkzaamheden. Bovendien moet de student zich ook kunnen verantwoorden bij het niet naleven van het werkplan;
- Werken in een professionele omgeving:
De student zal functioneren in een professionele (internationale) omgeving, dit zal zijn sociale en communicatieve vaardigheden ten goede komen;
- Rapporteervaardigheden:
Er dient zowel schriftelijk als mondeling gerapporteerd te worden over de uitgevoerde werkzaamheden. Dit kan zowel in het Engels als in het Nederlands. Daarbij moet de nodige aandacht geschonken worden aan het zelf evalueren van en het reflecteren over het verloop en de resultaten van de stage.

De hieraan gekoppelde leerresultaten zijn:
Op het vlak van:
- Kennis en het inzicht:  De student heeft kennis in een specifiek toepassingsdomein van de informatica en inzicht in de werking van een professionele organisatie, onderzoeksgroep of bedrijf.
- Toepassing van de kennis en het inzicht: de kennis en inzichten eerder verworven in de studie toepassen in de context van de welbepaald bedrijf, organisatie of onderzoeksgroep.
- Oordeelvorming: De student kan snel keuzes  maken die de opdracht vooruit kunnen helpen, en kan de meest geschikte oplossingsstrategieën en -technieken kiezen.
- Communicatie: De student kan functioneren in een (internationaal) team en/of bedrijfscontext. De student kan op een onderbouwde, coherente en overtuigende manier, zowel schriftelijk als mondelinge, rapporteren over het uitgevoerde werk en in het Engels of in het Nederlands.
- Leervaardigheden: De student kan zich nieuwe technieken, technologieën en methoden eigen maken.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
ZELF Presentatie bepaalt 10% van het eindcijfer

ZELF Stage bepaalt 70% van het eindcijfer

ZELF Verslag bepaalt 20% van het eindcijfer

Binnen de categorie ZELF Presentatie dient men volgende opdrachten af te werken:

  • mondelinge presentatie met een wegingsfactor 100 en aldus 10% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Over de stage dient na de beëindiging een stageverslag en een korte presentatie gegeven te worden. Het stageverslag en de presentatie worden beoordeeld door de titularis van het opleidingsonderdeel. De presentatie gebeurt in de eerste zittijd (of tweede zittijd). De presentatie duurt 10 minuten en is een mondelinge toelichting van het stageverslag. Wat de presentatie betreft worden zowel inhoud als mondelinge presentatievaardigheden beoordeeld.

Binnen de categorie ZELF Stage dient men volgende opdrachten af te werken:

  • stage met een wegingsfactor 100 en aldus 70% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: De stage wordt inhoudelijk beoordeeld door de stagebegeleider in samenspraak met de stagemonitor door middel van een beoordelingsformulier. Hierbij komen de volgende criteria aanbod: inzet, zelfstandigheid, efficiëntie, kwaliteit van het geleverde werk, sociale en communicatievaardigheden, het respecteren van vooropgestelde deadlines en afspraken.

Binnen de categorie ZELF Verslag dient men volgende opdrachten af te werken:

  • schriftelijk verslag met een wegingsfactor 100 en aldus 20% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Over de stage dient na de beëindiging een stageverslag en een korte presentatie gegeven te worden. Het stageverslag en de presentatie worden beoordeeld door de titularis van het opleidingsonderdeel. Het stageverslag is minimum 10 en maximum 20 pagina’s lang (exclusief bijlagen). Het werkplan wordt als bijlage toegevoegd aan het stageverslag. Het stagerapport vermeldt ten minste de opdracht, de context waarin de stage werd uitgevoerd, de wijze van uitvoering (gebruikte methodologie, technieken, programmeertalen, ...) en een beschrijving van de behaalde resultaten. Verder dient het stageverslag een zelfevaluatie en reflectie over de stage (het verloop, de resultaten, eventuele moeilijkheden en problemen...) te bevatten. Bij de beoordeling van het stageverslag wordt niet alleen de inhoud beoordeeld maar ook de structuur, het taalgebruik en de lay-out.

Aanvullende info mbt evaluatie

Over een stage die niet gecombineerd wordt met een masterproef, dient na de beëindiging een stageverslag en een korte presentatie gegeven te worden. Zowel de stage, als het stageverslag, als de presentatie worden beoordeeld. De stage wordt inhoudelijk beoordeeld door de stagebegeleider in samenspraak met de stagemonitor door middel van een beoordelingsformulier. Hierbij komen de volgende criteria aanbod: inzet, zelfstandigheid, efficiëntie, kwaliteit van het geleverde werk, sociale en communicatievaardigheden, het respecteren van vooropgestelde deadlines en afspraken.
Het stageverslag en de presentatie worden beoordeeld door de titularis van het opleidingsonderdeel. Het stageverslag is minimum 10 en maximum 20 pagina’s lang (exclusief bijlagen). Het werkplan wordt als bijlage toegevoegd aan het stageverslag. Het stagerapport vermeldt ten minste de opdracht, de context waarin de stage werd uitgevoerd, de wijze van uitvoering (gebruikte methodologie, technieken, programmeertalen, ...) en een beschrijving van de behaalde resultaten. Verder dient het stageverslag een zelfevaluatie en reflectie over de stage (het verloop, de resultaten, eventuele moeilijkheden en problemen...) te bevatten.
De presentatie duurt 10 minuten en is een mondelinge toelichting van het stageverslag.
Bij de beoordeling van het stageverslag wordt niet alleen de inhoud beoordeeld maar ook de structuur, het taalgebruik en de lay-out. Wat de presentatie betreft worden zowel inhoud als mondelinge presentatievaardigheden beoordeeld. 

Een stage die gecombineerd wordt met een masterproef wordt inhoudelijk geevalueerd op basis van dezelfde criteria als een loststaande stage (inzet, zelfstandigheid, efficiëntie, kwaliteit van het geleverde werk, sociale en communicatievaardigheden, het respecteren van vooropgestelde deadlines en afspraken). Rapportering wordt opgenomen in de masterproef en de presentatie gebeurt tijdens de presentatie van de masterproef.

Deelcijfers voor de stage worden, indien de student minstens de helft van de punten behaalt voor dit onderdeel, overgedragen naar de tweede zittijd. Afstand doen van deelcijfers is niet mogelijk. 

Deelcijfers voor de mondelinge presentatie worden, indien de student minstens de helft van de punten behaalt voor dit onderdeel, overgedragen naar de tweede zittijd. Afstand doen van deelcijfers is niet mogelijk. 

Deelcijfers voor het schriftelijk verslag worden, indien de student minstens de helft van de punten behaalt voor dit onderdeel, overgedragen naar de tweede zittijd. Afstand doen van deelcijfers is niet mogelijk. 

Het eindcijfer wordt berekend als het gewogen gemiddelde van de resultaten behaald op beide onderdelen. Als een van de deelcijfers 7 of minder bedraagt, dan kan het eindcijfer echter niet meer dan 7 bedragen.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: afstudeerrichting Artificiële Intelligentie
Master in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: afstudeerrichting Multimedia
Master in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: afstudeerrichting Software Languages and Software Engineering
Master in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: afstudeerrichting Data Management en Analytics
Master in Applied Sciences and Engineering: Computer Science: Artificial Intelligence (enkel aangeboden in het Engels)
Master in Applied Sciences and Engineering: Computer Science: Multimedia (enkel aangeboden in het Engels)
Master in Applied Sciences and Engineering: Computer Science: Software Languages and Software Engineering (enkel aangeboden in het Engels)
Master in Applied Sciences and Engineering: Computer Science: Data Management and Analytics (enkel aangeboden in het Engels)