6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1015474ANR voor alle studenten in het 2e semester van een oneven academiejaar (bvb. 2013-2014) met een inleidend bachelor niveau.

Semester
tweejaarlijks: 2e semester van een oneven academiejaar (bvb. 2013-2014)
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Studenten die dit opleidingsonderdeel opnemen, moeten geslaagd of ingeschreven zijn voor "Sociale Geografie".
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Wetenschappen en Bio-ingenieurswetensch.
Verantwoordelijke vakgroep
Geografie
Onderwijsteam
David Bassens (titularis)
Matthieu Kervyn De Meerendre
Onderdelen en contacturen
96 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
Inhoud

Tijdens Terreinwerk II wordt een regio of stad in Europa bezocht. Door middel van een combinatie van literatuuronderzoek, rondleidingen, lezingen en discussies krijgen studenten inzicht in de sociale geografie van een specifieke regio of stad.

Studiemateriaal
Praktisch cursusmateriaal (Vereist) : Groepsverslag en terreinnota's (terreinboek) van de student zelf aangevuld met ter beschikking gestelde nota's en/of figuren
Praktisch cursusmateriaal (Aanbevolen) : Literatuur betreffende het behandelde onderwerp (op te zoeken door de student).
Bijkomende info

Terreinwerk I en II zijn beide verplichte OO in 1BA en 2BA Geografie, maar worden 2-jaarlijks afwisselend georganiseerd. Het studiemateriaal bestaat uit terreinnota's van de student, een wetenschappelijke reader en het verslag van een onderzoeksproject in teamverband. De contactmomenten bestaan uit het terreinwerk zelf, alsook een tweetal voorbereinde WPOs.

 

Leerresultaten

Algemene competenties

De bedoeling van het Terreinwerk is de basistechnieken van het geografisch terreinonderzoek bij te brengen. Daarnaast wordt tijdens binnen- en buitenlandexcursies rechtstreeks kennis gemaakt met verschijnselen die in de cursus sociale geografie en politieke & economische geografie theoretisch worden behandeld.
De theoretische initiële vorming in de sociale geografie wordt daarbij aangevuld met de praktijk: de student leert om specifieke observaties op het terrein, via abstractie, te koppelen aan theoretisch verworven kennis.
Het terreinwerk draagt bij tot het verwerven van de nodige kennis en vaardigheden die de student in staat moet stellen om problemen met een duidelijk geografische dimensie vanuit een ruimtelijke invalshoek te analyseren.
Ook worden hier technieken aangeleerd om de verworven kennis op een heldere wijze te kunnen synthetiseren, en zowel mondeling als schriftelijk te kunnen rapporteren. Verder wordt geleerd om in groepsverband te functioneren en waarnemingen met een kritische geest te benaderen. Het vermogen tot abstractie en synthese wordt verder gestimuleerd.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
WPO Presentatie bepaalt 25% van het eindcijfer

WPO Verslag bepaalt 50% van het eindcijfer

ZELF Verslag bepaalt 25% van het eindcijfer

Binnen de categorie WPO Presentatie dient men volgende opdrachten af te werken:

  • presentatie voorbereiding met een wegingsfactor 1 en aldus 25% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie WPO Verslag dient men volgende opdrachten af te werken:

  • rapport onderzoeksproject met een wegingsfactor 1 en aldus 50% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie ZELF Verslag dient men volgende opdrachten af te werken:

  • veldnota's met een wegingsfactor 1 en aldus 25% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: 1) Inleidende opdracht
    2) Veldwerk ter plaatse: onderzoek aan de hand van waarnemingen, interviews en illustratief materiaal (stadsplannen, foto’s, brochures, ...)
    3) Schriftelijk examen (de student kan hiervoor zijn eigen terreinnota’s gebruiken).

Aanvullende info mbt evaluatie

Studenten worden geëvalueerd op basis van hun actieve participatie tijdens het terreinwerk, het voorbereidende WPO, de kwaliteit van het onderzoeksproject en de veldnota’s en hun begrip van de wetenschappelijke reader. Elk gedeelte is verplicht.

  • Individuele veldnota’s over fysisch–geografisch gedeelte worden geëvalueerd tijdens de excursie en tellen mee voor 25% van de eindscore.
  • Studentengroepen worden geëvalueerd op basis van hun voorbereiding discussie van sociale en economische geografische aspecten van de plaats die we tijdens het terreinwerk bezoeken. Dit telt mee voor 25% van de eindscore
  • Studentengroepen worden geëvalueerd op basis van hoe ze het mini-onderzoek hebben voorbereid en uitgevoerd, maar ook hoe ze hun voorgang mondeling hebben gepresenteerd en hun resultaten schriftelijk hebben gerapporteerd. Dit gedeelte telt mee voor 50% van de eindscore.
Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de geografie: Standaard traject