9 ECTS credits
250 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 1009671ANR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een inleidend bachelor niveau.

Semester
1e en 2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Metajuridica
Onderwijsteam
Frank Gowie
Johny Vanstraelen
Sofie De Bus
Steven Verbeyst (titularis)
Eline Labey
Frauke De Wael
Anastasia Petrova
Tom Lenaerts
Naomi Patricia R Blomme
Hannah Aziza Ghulam Farag
Onderdelen en contacturen
10 contacturen Hoorcollege
42 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
180 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

Na een korte beschouwing over de bronnen van het recht, wordt de studenten aangeleerd hoe op een adequate wijze een zoekopdracht wordt afgebakend. Vervolgens wordt aangeleerd hoe men wetgeving, rechtspraak en rechtsleer dient op te zoeken. Zo wordt onder meer, indien mogelijk, een sessie georganiseerd waarin de betalende elektronische databanken worden voorgesteld. Tevens is er aandacht voor het bestaan van de bronnen van het Europees, internationaal en buitenlands recht. 

De studenten leren tegelijkertijd hoe zij gebruik dienen te maken van de verzamelde bronnen, hoe zij de bronnen moeten analyseren en de ingewonnen informatie moeten synthetiseren. De structuur en de stijl van diverse vormen van wetgeving, rechtspraak, rechtsleer en andere rechtsbronnen worden daarbij toegelicht. De studenten leren de gedachtegang van de gelezen bron te reconstrueren. Bovendien worden zij onderricht in het juist verwijzen naar de bronnen. 

De leerlijn methodologie en vaardigheden wordt uitgewerkt via de principes van het juridisch verwerkingsproces dat aan bod komt in de gehele opleiding en dat iedere jurist moet doorlopen om oplossingsgericht te werken. Daarom wordt in de leerlijn aandacht besteed aan (1) vraagstelling; (2) opzoeking; (3) analyse; (4) verwerking. In concreto wordt in dit opleidingsonderdeel in hoofdorde aandacht besteed aan de vraagstelling, de opzoeking en de schriftelijke verwerking.

De leerresultaten van het vak worden het best bereikt door veel aandacht aan de ontwikkeling van vaardigheden te schenken. Naast enkele hoorcolleges gedoceerd door de titularis van het vak (tien uren), waarin tevens wordt toegespitst op het toets- en beoordelingsbeleid binnen het opleidingsonderdeel, wordt een groot aantal werkcolleges georganiseerd (42 uren), dat gedeeltelijk plaatsgrijpt via blended learning. Aan het begin van het academiejaar wordt een lessenplan meegedeeld, opdat de student op de hoogte is van de deadlines binnen het opleidingsonderdeel. 

In het opleidingsonderdeel wordt ook aandacht besteed aan studievaardigheden. Hieraan worden verschillende werkcolleges gewijd (dus verplichte aanwezigheid), alsook wordt bij de dagstudenten een verplichte taaltest afgenomen. Het resultaat van de taaltest of een met dat doel uitgewerkte opdracht bepaalt, binnen het kader van de werkcolleges, of een dagstudent deel uitmaakt van een STAN-klas. Maakt de dagstudent geen deel uit van een STAN-klas, dan moet hij deelnemen aan de module 'Zelfstandig Taaltraject (ZTT)'. 

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : Praktijkboek Rechtsmethodologie, Inleiding tot het opzoeken en analyseren van de bronnen van het nationaal, Europees en internationaal recht, Eggermont, F., Smis, S., & Paepe, P., Scheurs, W., Brugge, die Keure, 9789048636280, 2022
Handboek (Vereist) : Juridische verwijzingen en afkortingen (online), Interuniversitaire Commissie Juridische Verwijzingen en Afkortingen
Handboek (Vereist) : BAMA codex, Pakket 4 delen, Brugge, die Keure, 2022
Handboek (Vereist) : Het juridisch verwerkingsproces, Eggermont Frederic, Geuens Maaike, Ginis B., Gowie Frank, Timbermont Evelien, Brugge, die Keure
Bijkomende info

Indien mogelijk worden activiteiten extra muros georganiseerd. 

Leerresultaten

Algemene competenties

  • De studenten kennen en begrijpen het juridisch verwerkingsproces en kunnen dit toepassen. 
  • De studenten zijn in staat om op basis van een (onderzoeks)vraag een zoekopdracht adequaat te situeren en af te bakenen. 
  • De studenten kunnen de geschikte bronnen (nationale wetgeving, rechtspraak, rechtsleer, bronnen van het Europees en internationaal recht, maar ook bronnen van het buitenlands recht) opzoeken, zoekstrategieën formuleren (zowel analoge als elektronische) en de bronnen over een bepaald onderwerp verzamelen. 
  • De studenten zijn vertrouwd met de lectuur van teksten in andere talen - Frans en Engels - opgestelde bronnen. 
  • De studenten kunnen de inhoud van de geraadpleegde bronnen reconstrueren en kunnen de uit de teksten geputte informatie synthetiseren en inzicht betonen. 
  • De studenten kunnen in een geschreven werk juist verwijzen naar de bovenvermelde bronnen, zijn in staat een wetenschappelijke, objectieve schrijfstijl te hanteren en hebben oog voor structuur. 
  • De studenten kunnen letten op hun taalgebruik, waaronder zinsbouw, woordkeuze, spelling en lay-out, en tonen aan hierin vooruitgang te kunnen maken. 

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
WPO Praktijkopdracht bepaalt 50% van het eindcijfer

WPO Paper bepaalt 40% van het eindcijfer

Andere bepaalt 10% van het eindcijfer

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Oefeningen en toetsen met een wegingsfactor 1 en aldus 50% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie WPO Paper dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Jaartaak met een wegingsfactor 1 en aldus 40% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie Andere dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Participatie in de WEC met een wegingsfactor 1 en aldus 10% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Verdeling punten

  1. Werkcolleges: 12 punten 

In ieder academiejaar worden drie toetsen gehouden, die betrekking hebben op de inhoud van het Praktijkboek Rechtsmethodologie: één toets over deel I, hoofdstuk 1; één toets over deel I, hoofdstukken 2 en 3; één toets over delen II en III. Elke toets dient zowel kennis- als toepassingsvragen te bevatten. De laatste toets bevat tevens een inzichtsvraag. 

Er worden tevens twee taken gegeven aan de studenten: één in het kader van anderstalige bronnen en de andere die een toepassing vormt van de leerstof inzake het juridisch verwerkingsproces. 

Iedere individuele toets en taak wordt in eerste instantie gequoteerd op /15. De toetsen en taken tezamen worden, na herleiding van de cijfers, uiteindelijk op /10 gezet. De niet-deelname aan een toets of taak, waaronder eveneens de laattijdige of niet-indiening op de bepaalde wijze  valt, zonder dat hiervoor een wettige reden wordt aangetoond, leidt tot een verwijzing naar de tweede zittijd. Op het einde van het tweede semester wordt een inhaalmoment ingericht voor de studenten die worden beschouwd als gewettigd afwezig voor een of meerdere testen doorheen het academiejaar.

De toetsen en taken moeten individueel worden gemaakt. Worden die niet individueel gemaakt, dan wordt die omstandigheid beschouwd als een onregelmatigheid in de zin van artikel 118 van het onderwijs- en examenreglement en wordt de in dat artikel bepaalde procedure gevolgd.

De student moet minstens 5/10 hebben behaald om te slagen voor het opleidingsonderdeel, naast de verplichting om voor het gehele opleidingsonderdeel minstens 10/20 te hebben behaald. 

De inzet, de medewerking en de kwaliteit van de (schriftelijke en mondelinge) interventies gedurende de werkcolleges begeleid door de mandaat- en/of praktijkassistenten worden gequoteerd op /2. 

Dagstudenten die per semester op meer dan twee werkcolleges gewettigd afwezig zijn, worden verwezen naar de tweede zittijd. Werkstudenten die per semester op meer dan drie werkcolleges gewettigd afwezig zijn, worden verwezen naar de tweede zittijd. Als geen wettiging voor een afwezigheid wordt opgegeven, dan kan de student worden verwezen naar de tweede zittijd. Ook als studenten de opgelegde (extra) taken niet maken, worden zij verwezen naar de tweede zittijd. Bij laattijdige of niet op de bepaalde wijze indiening van een taak wordt aangenomen dat de student niet heeft deelgenomen aan de taak en wordt die beschouwd als afwezig voor de werkcolleges.

 De specifieke beoordelingscriteria worden opgenomen op Canvas.

  1. Jaartaak: 8 punten 

De studenten moeten voor het vak Rechtsmethodologie I rond een juridisch(e) term/onderwerp een individueel schriftelijk werk schrijven. Elke student krijgt een aparte opdracht. 

Het is niet alleen de bedoeling dat de student een gedegen rechtswetenschappelijke tekst schrijft, maar ook dat hij aantoont de rechtsmethodologische technieken en principes te beheersen en te kunnen toepassen bij het schrijven van een rechtswetenschappelijke tekst. De student moet dus laten zien dat hij de verschillende stappen van het juridisch verwerkingsproces kan doorlopen. 

De opdrachten worden uitgedeeld tijdens het eerste werkcollege. Tevens wordt het document 'Omschrijving van de jaartaak' opgeladen op Canvas met de te volgen richtlijnen, waaronder de deadlines. 

De jaartaak wordt periodiek geëvalueerd/gequoteerd op basis van een kalender die aan het begin van het academiejaar wordt overhandigd. De studenten worden op elke fase en ook op het eindresultaat beoordeeld en krijgen feedback. Studenten die niet of laattijdig (een fase van) hun jaartaak afwerken en indienen, of de bepaalde procedure van indiening niet volgen, krijgen een nul voor de betrokken fase. Een systeem is uitgewerkt om de uniformiteit in de evaluaties te bewaken, dat aan het begin van het academiejaar wordt gepubliceerd op Canvas. 

De praktijkassistent evalueert in eerste instantie de jaartaak en geeft er een indicatief cijfer aan. De titularis van het vak baseert zich op het evaluatiecijfer van de praktijkassistent om het definitieve cijfer te bepalen. Als een student wordt verdacht van het begaan van een onregelmatigheid inzake de jaartaak (zowel wat betreft de tussentijdse fases als de eindfases), zoals plagiaat, wordt de procedure van artikel 118 van het onderwijs- en examenreglement gevolgd.

De student moet minstens 4/8 hebben behaald op dit onderdeel om te slagen voor het opleidingsonderdeel, naast de verplichting om voor het gehele opleidingsonderdeel minstens 10/20 te hebben behaald. 

De puntenverdeling voor de verschillende fases van de jaartaak wordt meegedeeld via Canvas aan het begin van het academiejaar. Een deel van de punten voor de dagstudenten staat op de medewerking in de STAN-klas of, in voorkomend geval, op de positieve evolutie in de module 'Zelfstandig Taaltraject (ZTT)'. De niet-deelname aan de STAN-klas of de module ZTT of een ongewettige afwezigheid in de STAN-klas leidt tot het resultaat ‘fail’ voor de ACTO-fase van de jaartaak. Een student kan niet slagen voor de jaartaak als hij een ‘fail’ heeft bekomen voor de ACTO-fase.

De specifieke beoordelingscriteria van de jaartaak, met inbegrip van de criteria die worden aangewend in de ACTO-fase, worden opgenomen op Canvas.

  1. Richtlijnen tweede zittijd

Studenten die niet geslaagd zijn en voor het vak Rechtsmethodologie I geen 10/20 hebben behaald, moeten ieder onderdeel van het vak waarvoor zij niet minstens de helft van het cijfer hebben behaald, opnieuw afleggen in de tweede zittijd. Wat betreft het onderdeel 'Werkcolleges' houdt dit in dat de student in de tweede zittijd een schriftelijke of mondelinge proef aflegt. Wat betreft het onderdeel 'Jaartaak' houdt dit in dat de student een nieuwe taak met een nieuw onderwerp dient te maken. De taak moet uiterlijk op 16 augustus worden ingediend (per e-mail naar de praktijkassistent). Van de studenten die laattijdig of niet op de bepaalde wijze hun taak hebben ingediend, wordt aangenomen dat die niet hebben deelgenomen en zij worden beschouwd als afwezig. Als de studenten niet aantonen dat zij in staat zijn een wetenschappelijke, objectieve schrijfstijl te hanteren en oog hebben voor structuur of als het gebezigde taalgebruik, waaronder zinsbouw, woordkeuze, spelling en lay-out, onvoldoende is, wordt een ontoelaatbare fout vastgesteld en kan de student niet slagen voor de jaartaak.

Ieder onderdeel waarvoor de student minstens een voldoende heeft behaald in de eerste zittijd - dus minstens 5/10 voor het onderdeel 'Werkcolleges' of minstens 4/8 voor het onderdeel 'Jaartaak' - wordt overgedragen naar de tweede zittijd. Een student kan hiervan afzien door ten laatste op 20 juli hiervan mededeling te doen aan de titularis van het opleidingsonderdeel via e-mail. Ieder onderdeel waarvoor de student minstens een voldoende heeft behaald in de tweede zittijd wordt overgedragen naar het volgende academiejaar. Een student kan hiervan afzien door ten laatste op 15 november hiervan mededeling te doen aan de titularis van het opleidingsonderdeel via e-mail.

Studenten die vorig academiejaar reeds geslaagd waren voor één onderdeel (taken en testen enerzijds of jaartaak anderzijds), bekomen een vrijstelling voor dat onderdeel en leggen dit academiejaar enkel het onderdeel af waarvoor ze niet geslaagd waren. 

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de rechten: Standaard traject