30 ECTS credits
900 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 4006284FNR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een gespecialiseerd master niveau.

Semester
1e en 2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Aan dit vak zijn inschrijvingsvereisten gekoppeld. Om een overzicht te krijgen van de inschrijvingsvereisten ga naar https://www.vub.be/nl/studying-vub/practical-info-for-students/study-guidance/study-path/individueel-studietraject#paragraph--id--71665 Je bent geslaagd voor de volledige Bachelor PSY (of SCH of VOO of VBA) EN geslaagd in 1ste master voor: Gedragstherapie, Relatie- en gezinstherapie, Psychodynamische therapie, Psychodiagnostiek kinderen en adolescenten, Psychodiagnostiek volwassenen, Deontologie, Klinische interventies kinderen en volwassenen + alle andere vakken van 1MA = adviserend. (In het academiejaar 2023/2024 is er éénmalig een overgangsmaatregel: 36 SP in het algemeen behaald hebben van 1MA.) LET OP: inschrijven voor dit vak is enkel mogelijk voor werkstudenten. Dagstudenten kunnen registreren voor vakken waarvan de code eindigt op een R. Bij Inschrijvingen/ studentenadministratie@vub.be moet je ingeschreven zijn aan de VUB als werkstudent voor het huidige academiejaar.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen
Verantwoordelijke vakgroep
Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderwijsteam
Johan Vanderfaeillie (titularis)
Marinka Ravhekar
Laura Gypen
Onderdelen en contacturen
980 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

 Prerequisites of inschrijvingsvereisten:

- Bachelor in de Psychologie (of Schakelprogramma of Voorbereidingsprogramma of verkorte Bachelor)
- 36 SP (in het algemeen) van de master behaald hebben

Tijdens deze klinische stage krijgt de student de gelegenheid om kennis te maken met en ervaring op te doen in de praktijk van de klinisch psycholoog. Hij maakt een leerproces door waarin relevante beroepskwaliteiten ontwikkeld worden op het gebied van kennis, vaardigheden en attitude, alsook het persoonlijk functioneren onder de aandacht komt. Zo kan de stagiair zijn eigen mogelijkheden toetsen en krijgt hij de kans om het vakgebied te verkennen en specifieke interesses uit te bouwen. 


De stageverlenende instellingen waar klinisch-psychologische werkzaamheden verricht worden, situeren zich in functie van de gekozen profielen en afstudeerrichting, nl. klinische (kinderen-volwassenen), orthopsychologische, cognitieve en biologische sector.  Een overzicht kan gevonden worden in het document ‘Inventaris Stageplaatsen’ per provincie.


De student kiest één stageplaats uit hogervernoemd document of kan zelf een nieuwe stageplaats voorstellen.


Studenten die ook beroepsactief zijn in de stageorganisatie mogen deze activiteiten niet inbrengen ter vervulling van deze stage.


Op de stageplaats is minstens één klinisch psycholoog/orthopedagoog werkzaam die klinisch psychologisch/orthopedagogisch werk verricht. Bij voorkeur komt de student terecht in een setting waar multidisciplinair gewerkt wordt in een team van klinisch psychologen en andere beroepen. Zo kan de stagiair kennis maken met verschillende benaderingen, theoretische achtergronden en met een verscheidenheid aan werkwijzen, zoals van een Master in de Klinische Psychologie kan verwacht worden.

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Zie specifiek document op de website van de Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen.
Bijkomende info

 De stagementor is de persoon die de student bij de werkzaamheden betrekt en inzicht verschaft in het beroep van klinisch psycholoog. Hij leert de stagiair onder supervisie een substantieel deel van de genoemde taken zelfstandig uitvoeren. 
De stagementor is afgestudeerd als psycholoog of orthopedagoog, heeft ten minste 3 jaar relevante werkervaring, is minstens halftijds in functie en staat garant voor regelmatige supervisie en voldoende beschikbaarheid.

Stages zijn steeds onbezoldigd.

Aan de VUB worden de stages gecoördineerd en begeleid door mevr. Marinka Ravhekar en Laura Gypen, bereikbaar via e-mail: Marinka.Ravhekar@vub.be en laura.gypen@vub.be. 

De eindverantwoordelijke voor de klinische stages is Prof. dr. Johan Vanderfaeillie.

Leerresultaten

Algemene competenties

 

De doelstellingen van de stage zijn:

  • inzicht krijgen in de functie van klinisch psycholoog, de stageverlenende instelling en aanverwante sectoren
  • in toenemende mate van zelfstandigheid de taken van de klinisch psycholoog leren uitvoeren
  • basisvaardigheden m.b.t. de beroepsuitoefening ontwikkelen en optimaliseren met inbegrip van beleidsmatige en organisatorische aspecten
  • professionele vaardigheden en attitudes aanleren m.b.t. het functioneren in teamverband en in de organisatie
  • theoretische kennis en inzichten uit de wetenschappelijke opleiding tot klinisch psycholoog toepassen in de praktijk
  • inzicht krijgen in en reflecteren over het eigen functioneren met betrekking tot de uitoefening van het beroep van klinisch psycholoog.
  • Kennis maken met een pakket aan administratieve taken eigen aan de stageplaats alsmede leren nadenken over beleidsmatige en organisatorische aangelegenheden die verband houden met de desbetreffende hulpverleningsdienst en -sector

De klinische stage moet de student voldoende leermogelijkheden bieden. In grote lijnen bestaan de taken van de stagiair uit volgende activiteiten:

 

  • aanmeldingsgesprekken
  • intake en anamnese
  • indicatiestelling en probleeminventarisatie
  • testing en psychodiagnostiek
  • interventie: verschillende vormen van (psycho)therapie of psychologische begeleiding
  • doorverwijzing
  • schriftelijke en mondelinge rapportering
  • overleg en team- of stafvergadering
  • reflectie over zichzelf als hulpverlener en over de maatschappelijke context van de desbetreffende hulpverleningsvorm
  • preventieactiviteiten
  • vorming en bijscholing
  • literatuurstudie

Voor de klinische/orthopsychologische stages zijn de centrale onderdelen van de stage diagnostiek, therapie/begeleiding en staf-, beleidsmatige, richtinggevende verantwoordelijkheden behorend bij de uitoefening van het beroep van een Master in de Klinische Psychologie.

 

 

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
ZELF Stage bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie ZELF Stage dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Stage met een wegingsfactor 1 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

 Er wordt verwacht dat de stagementor regelmatig feedback geeft aan de stagiair opdat deze in staat is zijn functioneren zo goed mogelijk te beoordelen en aan te passen aan de vereisten van de stage.

Drie formele momenten van beoordeling op verschillende tijdstippen in het stageproces worden eveneens voorzien aan de hand van specifieke beoordelingsformulieren.

De stagiair vraagt tijdig aan de stagementor een afspraak voor deze evaluatiegesprekken.  De eindbeoordeling wordt in samenspraak met de stagebegeleider van de VUB georganiseerd.

Studenten dienen de beoordelingsformulieren up te loaden via Canvas.

1.   Eerste follow up: na 4 weken

Deze eerste beoordeling peilt naar het functioneren van de stagiair tijdens de inloopperiode.

In deze periode heeft de stagiair kennis gemaakt met de dienst, de teamleden, het testmateriaal, de werkzaamheden leren kennen en observaties uitgevoerd. Aan het eind van deze inwerkingsfase wordt verwacht dat de stagiair begonnen is met het zelfstandig uitvoeren van stageactiviteiten. 

Indien er zich in deze eerste weken moeilijkheden hebben voorgedaan, moet contact opgenomen worden met de stagebegeleiding. Zowel de student als de stagementor kunnen hiertoe het initiatief nemen.

Deze evaluatie bestaande uit een evaluatieformulier en persoonlijke reflectie worden binnen de 24u na het evaluatiemoment door de student geüpload via Canvas .

2.   Tussentijdse evaluatie

Na 450u stage vindt een tweede evaluatiemoment plaats.

De stagementor bespreekt samen met de stagiair hoe het leerproces in de eerste helft van de stage verlopen is en wat de aandachtspunten en doelstellingen zijn voor de verderzetting van de stage. Op het evaluatieformulier worden de accenten van deze evaluatie weergegeven. Deze beoordeling wordt door de student gerapporteerd aan de stagebegeleider op de VUB. Bij deze tussentijdse evaluatie dient de student eveneens een persoonlijke reflectie (maximum 2 pagina’s) te schrijven over zijn eigen beleving en functioneren op de stageplaats. 

Problemen tijdens de stage moeten expliciet vermeld worden in dit verslag. In het belang van alle betrokkenen is het aangewezen om problemen tijdig te bespreken met de stagebegeleider of stageverantwoordelijke. De tussentijdse evaluatie bestaande uit het evaluatieformulier en reflectie worden binnen de 24u na het evaluatiemoment door de student geüpload via Canvas.

3.   Eindevaluatie


Na afloop van de stage komen de stagementor(s), stagiair en stagebegeleider van de VUB samen op de stageplaats om het functioneren van de student doorheen de hele stageperiode te bespreken. Voor buitenlandse stages betreft het een bijeenkomst van de stagementor en de student.

Eerst geeft de stagiair weer hoe de stage verlopen is. Hij doet verslag van het leerproces dat hij doorgemaakt heeft, staat stil bij zijn eigen functioneren en blikt vooruit op de toekomst m.b.t. het beroep van klinisch psycholoog in relatie tot zijn eigen persoonlijkheid en competenties. Bij deze zelfevaluatie houdt hij rekening met de feedback uit de supervisies en vorige evaluaties.

Daarna geeft de stagementor zijn evaluatie over het functioneren van de stagiair weer. Hij gaat na of aan de verwachtingen voldaan werd en of de doelstellingen van de stage bereikt werden. Een kwalitatief oordeel wordt uitgesproken over de stage o.a. door aan te geven wat de sterke kanten zijn van de student alsook de blijvende aandachtspunten en dit in vergelijking met de prestatie die normaliter zou worden verwacht van een nieuwe betaalde werknemer in de functie van psycholoog (weliswaar zonder eerdere werkervaring). De evaluatieformulieren kunnen in dit beoordelingsgesprek een leidraad vormen. De stagebegeleider neemt deel aan het gesprek en vraagt waar nodig toelichting en verduidelijking (met uitzondering van buitenlandse stages). De eindscore van de stage wordt bepaald in onderling overleg tussen de stagementor van de stageplaats en de stagebegeleiding van de VUB.

Het formulier “eindevaluatie” wordt samen met het stageverslag opgeladen in Canvas ten laatste vier weken na het beëindigen van de stage. Indien deze periode geen vier weken bedraagt, is de uiterste datum de eerste dag van de tweede examenperiode van de eerste zittijd.

 

De stage wordt afgesloten met het stageverslag dat volgende rubrieken (in opgegeven volgorde) dient te bevatten: 

1.    Voorstelling stageplaats (1 pagina)

De organisatie, werkzaamheden en het theoretisch kader van de stageplaats worden beknopt op één pagina beschreven.

2.    Stageactiviteiten (2 pagina’s)

Hier rapporteert de student beknopt welke activiteiten hij heeft uitgevoerd, welke beroepsvaardigheden hierbij aan bod kwamen en hoeveel tijd gespendeerd werd aan de verschillende taken. Dit alles wordt overzichtelijk voorgesteld op maximaal twee pagina’s. 

3.    Casus (min. 4 en max 6 pagina’s)

Met de gevalsbeschrijving van één cliënt/patiënt illustreert de student hoe hij zich het professioneel handelen heeft eigen gemaakt. Het stuk van de casus betreft tussen de vier en de zes pagina’s. 

Volgende onderdelen worden beknopt beschreven:
-    Relevante achtergrondgegevens van de cliënt/patiënt
-    Hulpvraag van de cliënt/patiënt bij aanmelding
-    Voorlopige probleemsamenhang 
-    Behandelingsplan 
-    Uitvoering van behandeling / begeleiding 
o    Hij motiveert hierbij zijn keuze. Verder besteedt de student ook uitgebreid aandacht aan reflecties over het eigen functioneren met betrekking tot de casus 
o    bv. hoe heb je het contact met de cliënt/patiënt ervaren, wat deed de cliënt/patiënt met jou, welke thema’s raakten jou of vond je moeilijk en waarom, wat liep er goed, wat zou je nu anders doen moest je deze casus opnieuw begeleiden, wat heb je er uit geleerd,…). 
o    Je neemt ons dus mee in je eigen leerproces doorheen de begeleiding van je casus.

Alle gegevens over de patiënt of cliënt worden volledig geanonimiseerd
weergegeven.

4.    Leerproces en persoonlijk functioneren (min. 3 pagina’s)

In deze laatste rubriek doet de student verslag van het leerproces en evalueert hij zijn eigen functioneren op de stageplaats. Hij beschrijft hoe de stage ervaren werd en koppelt deze ervaringen terug aan de doelstellingen van de stage. De beschrijving van het leerproces/persoonlijk functioneren omvat 3 pagina’s en kan georganiseerd worden aan de hand van volgende metaforen: 

-    De waterbron staat voor je stageplaats: wat heeft de stage je geboden en hoe is de stage een bron van ontwikkeling geweest?
-    De bergen staan voor je kwaliteiten. Welke positieve eigenschappen worden gewaardeerd?  
-    De open schatkist staat voor de schatten en kwaliteiten die je doorheen je stage hebt ontdekt en waarvan je niet wist dat je ze had. 
-    De rots staat voor waar je je verbonden mee voelt en waar je waarde aan hecht. Het zijn ook vaardigheden waar je trouw aan wil blijven en rotsvast wil behouden. 
-    De vulkaan staat voor zaken die je storen, die je vervelend vindt en waar je het moeilijk mee hebt. 
-    Het moeras staat voor je valkuilen, je kleine kantjes en minder goede eigenschappen. Waar worstel je nog mee en hoe kan je hier in groeien? 
-    Het meertje staat voor de schatten waarvan je in de nabije of verre toekomst nog meer wil. Het zijn doelen waar je naar streeft, die je graag wil bereiken en verwezenlijken. Het zijn competenties, vaardigheden en kennis die je verder wil ontwikkelen. 

Een stageverslag telt minimaal 10 en maximaal 12 pagina’s. Lay-out van het stageverslag volgt dezelfde APA richtlijnen als de thesis. 

Het stageverslag wordt online ingediend via Canvas (opdrachten), ten laatste 4 weken na de eindevaluatie. Het stageverslag wordt zowel aan de stagementor als de stagebegeleider van de VUB bezorgd worden.

Het stageverslag moet ten laatste vier weken na de eindevaluatie worden ingediend (samen met het formulier eindbeoordeling). Indien deze periode geen vier weken kan bedragen wegens einde academiejaar, is de uiterste datum de eerste dag van de tweede examenperiode van de eerste zittijd (juni). 
Het exemplaar voor de stagebegeleiding van de VUB wordt - net zoals de evaluatie formulieren - via Canvas geüpload.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de psychologie: Afstudeerrichting klinische psychologie