6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 4020121FNR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een gespecialiseerd master niveau.

Semester
1e en 2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Letteren en Wijsbegeerte
Verantwoordelijke vakgroep
History, Archaeology, Arts, Philosophy and Ethics
Onderwijsteam
Karin Nys (titularis)
Annouk Brebels
Onderdelen en contacturen
0 contacturen Exam
Inhoud

De studenten doorlopen in groep het volledige proces van een actieonderzoek (vaststellen van probleemstelling, formuleren van oplossing, implementatie van oplossing, evaluatie van uitgevoerde actie, terugkoppeling naar theoretisch kader, formulering van voorstel voor verder onderzoek).
Er wordt gewerkt met een team van museumpartners in Brussel en Vlaanderen. Uitgangspunt voor de actieonderzoeken vormen concrete vraagstellingen van deze museumpartners.
De studenten worden van nabij begeleid door de praktijkassistent, mevr. Annouk Brebels.
Tijdsschema:
- Oktober-januari: conceptuele fase van het actieonderzoek (Welke oplossing stellen we voor?)
- Februari-april: implementatie van actieonderzoek
- Mei: klassikale presentatie van afgerond actieonderzoek en opstellen van eindrapport

Aan de hand van een groepsseminarie en een indivduele opdracht wordt het aspect ’museumeducatie’ verder uitgediept.

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Informatie en instructies, Canvas
Bijkomende info

Nvt

Leerresultaten

Algemene competenties

De student kan in samenwerking met andere studenten informatie selecteren en verwerken over:

De ontsluiting van collecties

De relatie museum en publiek

Doelgroepenwerking

Het museum als leeromgeving

De student kan in samenwerking met andere studenten de gevonden informatie toepassen in een case study aangeleverd door een museumpartner.

De student kan zichzelf kritisch evalueren en zijn handelen bijsturen.

Dit opleidingsonderdeel draagt bij tot de volgende leerresultaten van de masteropleiding Kunstwetenschappen en Archeologie:

4. De master in de kunstwetenschappen en archeologie heeft een verdiept inzicht in de historische en actuele relaties tussen erfgoed, instituties en samenleving.

6. De master in de kunstwetenschappen en archeologie formuleert zelfstandig een probleemstelling en daaraan gekoppelde onderzoeksvragen binnen het domein van de kunstwetenschappen, archeologie of kritische erfgoedstudies.

7. De master in de kunstwetenschappen en archeologie bestudeert zelfstandig primaire bronnen en voert een kritische, internationale literatuurstudie uit in functie van een specifieke probleemstelling.

8. De master in de kunstwetenschappen en archeologie selecteert en gebruikt zelfstandig adequate kwalitatieve en/of kwantitatieve onderzoeksmethoden om een antwoord te bieden op specifieke onderzoeksvragen.

9. De master in de kunstwetenschappen en archeologie is een interdisciplinaire onderzoeker, die kennis, inzichten en/of vaardigheden uit andere disciplines op kritische wijze kan integreren in het eigen onderzoek.

10. De master in de kunstwetenschappen en archeologie rapporteert mondeling en schriftelijk over zijn/haar onderzoeksresultaten in het Nederlands en het Engels aan diverse doelgroepen.

11. De master in de kunstwetenschappen en archeologie heeft een verdiepende ervaring met en reflecteert kritisch over ofwel tentoonstellingspraktijk, erfgoedzorg, terreinonderzoek of materiaalstudie, aansluitend bij het gekozen specialisme.

12. De master in de kunstwetenschappen en archeologie faciliteert dialoog en participatie van hedendaagse betrokkenen (stakeholders) via bemiddeling en culturele makelaardij.

13. De master in de kunstwetenschappen en archeologie heeft een kritische, onderzoekende en integere houding, die getuigt van intellectuele nieuwsgierigheid en intellectuele eerlijkheid en een ingesteldheid tot levenslang leren.

14. De master in de kunstwetenschappen en archeologie is inventief, creatief en ondernemend en heeft geleerd zijn eigen weg te zoeken, met een open geest en vrij van vooroordelen.

16. De master in de kunstwetenschappen en archeologie kan zelfstandig omgaan met complexe problemen, reflecteert over eigen denken en handelen, is flexibel en kan samenwerken in een multidisciplinaire omgeving. Zodoende is hij/zij voorbereid op een breed spectrum van professionele mogelijkheden, waarin hij/zij adequaat verantwoordelijkheden kan opnemen.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
WPO Groepswerk bepaalt 70% van het eindcijfer

ZELF Presentatie bepaalt 30% van het eindcijfer

Binnen de categorie WPO Groepswerk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Actieonderzoek met een wegingsfactor 1 en aldus 70% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Mondelinge presentatie individuele opdracht

Binnen de categorie ZELF Presentatie dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Indiv. opdracht met een wegingsfactor 1 en aldus 30% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Schriftelijke rapportering individuele opdracht

Aanvullende info mbt evaluatie

70%: Actieonderzoek met peer assessment (zie hieronder)

30%: Individuele opdracht ’museumeducatie’

Voor de totstandkoming van de individuele quotering op het groepswerk zal gebruik gemaakt worden van een peer assessment (verplicht). Studenten dienen hierbij zichzelf en medegroepsleden te beoordelen op een aantal criteria. Het resultaat hiervan is een individuele aanpassingsfactor. De aanpassingsfactor zal gebruikt worden om het groepspunt (= de inherente waarde van het groepswerk) te individualiseren. Dit gebeurt door het groepspunt te vermenigvuldigen met de aanpassingsfactor.

Het groepswerk wordt gequoteerd op xx/100, en heeft een gewicht van 70 % in de quotering van het hele opleidingsonderdeel.

Als een student twee of meer keren geen peer assessment invult binnen de gestelde deadline, zal de docent beslissen om de maximale aftrek van punten te hanteren.

De docent heeft steeds het laatste woord en kan beslissen om de aanpassingsfactor te versterken, af te zwakken, of er zelfs helemaal geen rekening mee te houden, indien de bekomen scores niet betrouwbaar blijken te zijn. Deze beslissing zal in principe slechts in uitzonderlijke gevallen genomen worden, maar zal steeds gebaseerd zijn op duidelijke argumenten, analyses, en/of extra observaties/gesprekken. 


 

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de kunstwetenschappen en de archeologie: Standaard traject
Master of Educational Sciences: Standaard traject (enkel aangeboden in het Engels)
Educatieve master in de cultuurwetenschappen: geschiedenis (120 ECTS, Etterbeek)
Educatieve master in de cultuurwetenschappen: kunstwetenschappen en erfgoedstudies (120 ECTS, Etterbeek)
Educatieve master in de cultuurwetenschappen: wijsbegeerte (120 ECTS, Etterbeek)
Educatieve master in de cultuurwetenschappen: moraalwetenschappen en humanistiek (120 ECTS, Etterbeek)