9 ECTS credits
225 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 1002372AER voor alle studenten in het 2e semester met een inleidend bachelor niveau.

Semester
2e semester
Inschrijving onder examencontract
Mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Je hebt 'Inleiding tot het recht' gevolgd, alvorens dit vak op te nemen. Deze inschrijvingsvereiste is enkel geldig voor studenten bachelor Rechten (standaardtraject).
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Publiek recht
Onderwijsteam
Aube Wirtgen (titularis)
Karel Reybrouck
Onderdelen en contacturen
50 contacturen Hoorcollege
150 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

Traditioneel wordt aangenomen dat het Grondwettelijk recht berust op twee pijlers. De institutionele pijler, waaronder twee kenmerken van de Belgische Staat vallen, namelijk het gegeven dat België een parlementaire democratie is met de typische bevoegdheden, werking en onderlinge verhouding tussen parlement, Staatshoofd en regering, en het gegeven dat België een federale Staat is. Daarnaast is er de relationele pijler, die leidt tot een bespreking van de rechten en de vrijheden van het individu evenals van de Rechtsbescherming van de burger tegen de overheid. Het onderscheid dat wordt gemaakt tussen het institutionele en het relationele aspect van het Grondwettelijk recht is enigszins artificieel en dient alleszins te worden gerelativeerd. Immers zijn beide aspecten intrinsiek met elkaar verweven. Bij de studie van de institutionele pijler komen dus ook relationele aspecten aan bod en omgekeerd geldt dit ook. Zo bv. omvat de studie van het Grondwettelijk Hof zowel institutionele als relationele aspecten. Het komt erop neer dat de studie van de ene pijler meteen ook de studie van de andere behelst. 

Na een algemene inleiding en situering van het staatsrecht, worden de voornaamste bronnen van het grondwettelijk recht besproken. Daarbij gaat o.m. aandacht naar de verhouding van het internationaal recht tot het nationaal recht. Vanzelfsprekend komt de Belgische Grondwet uitgebreid aan bod, evenals de procedure om deze fundamentele tekst te herzien. In het hoofdstuk over de (federale) wet wordt de taakverdeling tussen de Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat toegelicht, evenals de verschillende wijzen waarop een wet tot stand kan worden gebracht. Naast het overzicht van de geschreven bronnen, wordt ook kort stilgestaan bij de ongeschreven bronnen van het grondwettelijk recht, nl. de gewoonte (vb. leerstuk van de regering in lopende zaken) en de algemene rechtsbeginselen (vb. beginsel van de scheiding der machten), gezien hun belangrijke politieke relevantie. 

In het tweede deel wordt de Belgische Staat in al haar geledingen ontleed. De voornaamste kenmerken van de Belgische Staat worden uitgebreid besproken (rechtsstaat, federale staat gericht op samenwerking, representatieve democratie - nationale soevereiniteit, monarchie, parlementair regime, scheiding der machten, scheiding van kerk en staat). De federale wetgevende en uitvoerende macht worden in al hun facetten besproken (samenstelling via verkiezingen, traditionele regeringsvorming en ontslag, onderlinge samenwerking en controle, voornaamste taken en bevoegdheden, statuut van de Koning en van de federale regering). Wat de rechterlijke macht betreft, wordt slechts bij welbepaalde aspecten stil gestaan en wordt voor het overige verwezen naar het opleidingsonderdeel 'Inleiding tot het recht'. In het tweede deel worden ook de grondwettelijke beginselen betreffende de gewapende macht (leger en politie) belicht. Ook wordt aandacht besteed aan de financiële aspecten van het Belgisch federalisme. 

Deel drie van de cursus legt de nadruk op de gemeenschappen en de gewesten en bespreekt hun politieke organen en bevoegdheden. Alvorens het laatste deel aan te vatten, wordt nog kort bij de rol en de werking van het Grondwettelijk Hof stilgestaan, gezien zijn sleutelrol in het Belgisch politiek bestel. Het laatste deel van de cursus betreft de grondrechten en vrijheden van de burgers, met focus op de meest relevante rechten (zoals de gelijkheid en verbod op discriminatie, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vergaderen, persvrijheid, vrijheid van vereniging, persoonlijke vrijheid en aanhouding). Ten slotte, wordt de politieke actualiteit zo veel als mogelijk betrokken bij de hoorcolleges.

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : Overzicht van het grondwettelijk recht, M. Van Damme, Brugge, die Keure, 9789048620272, 2015
Cursustekst (Vereist) : Syllabus Grondwettelijk recht, A. Wirtgen, Canvas
Bijkomende info

Er wordt gewerkt met lesopnames.

Deze worden ook ter beschikking van de werkstudenten gesteld.

Tijdens de hoorcolleges wordt ook casusonderwijs gedoceerd op interactieve wijze.

Tijdens de hoorcolleges worden voorbeelden van examenvragen behandeld.

Leerresultaten

Algemene competenties

  • De studenten hebben een overzicht van de structuren en de werking van de Belgische instellingen en van de technieken ter bescherming van de Rechten en Vrijheden.
  • De studenten zien de verbanden tussen grondwettelijke ontwikkelingen (bvb. alarmbelprocedure en paritaire samenstelling federale ministerraad).
  • De studenten kunnen de Belgische Grondwet en de wetten houdende institutionele hervormingen correct lezen en begrijpen.
  • Studenten hebben inzicht in de totstandkoming van het grondwettelijk recht en het dynamische karakter ervan.
  • De studenten begrijpen de interferentie tussen intern en Europees recht (bvb. inzake rechten en vrijheden).

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Examen Schriftelijk met een wegingsfactor 1 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

De studenten dienen de materie grondig te beheersen.

Het schriftelijk examen betreft, enerzijds, hun parate kennis van de materie en, anderzijds, hun inzicht in de werking van de instellingen.  Naast theoretische vragen worden ook casusvragen voorgelegd. Er mag gebruik worden gemaakt van een wetboek.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de rechten: Standaard traject
Bachelor in de rechten: Verkort traject
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor rechten
Master in de rechten: Verkort traject
Master in de criminologische wetenschappen: Standaard traject
Schakelprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject