6 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1000521BNW voor werkstudenten in het 1e semester met een verdiepend bachelor niveau.
De cursus bestaat hoofdzakelijk uit twee delen :
De stof wordt toegelicht door werkcolleges die vooral gericht zijn op een studie van enkele concrete strafdossiers (zie hieronder bijkomende informatie).
1. Wat betreft de werkcolleges
De cursus strafprocesrecht wordt ondersteund door werkcolleges. Daarin worden de studenten op interactieve wijze door een strafprocedure geloodst aan de hand van enkele concrete strafdossiers. Daarbij wordt het strafproces bekeken vanuit een standpunt van de verschillende actoren, zoals de inverdenkinggestelde, het openbaar ministerie, de burgerlijke partij en de rechter.
Over de werkcolleges wordt een schriftelijke proef georganiseerd. Deze proef wordt afgenomen tegelijkertijd met het schriftelijk examen.
Deelname aan deze werkcolleges is onontbeerlijk om de stof te doorgronden en is dus verplicht. Bij ongewettigde afwezigheden mag de student niet deelnemen aan de schriftelijke proef over de werkcolleges, maar bekomt hij op dit onderdeel 0/5.
2. Wat betreft de werkstudenten
Voor de werkstudenten worden er telkens 6 avondlessen van 3 uur gegeven.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 75% van het eindcijfer
Andere bepaalt 25% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie Andere dient men volgende opdrachten af te werken:
1. Wat betreft het schriftelijk examen
Het examen wordt schriftelijk afgenomen en bestaat uit 15 meerkeuzevragen, die peilen naar de theoretische kennis en het theoretisch inzicht van de student.
Het (niet-geannoteerd) Wetboek van Strafvordering mag worden gebruikt tijdens het examen.
2. Wat betreft de schriftelijke proef over de werkcolleges
De schriftelijke proef bestaat uit een aantal procesakten, waarin een aantal fouten zijn vervat (bv.: een aanhoudingsbevel dat wordt uitgevaardigd door de procureur des Konings, daar waar dit de bevoegdheid van de onderzoeksrechter is). De student moet de fouten identificeren en kort toelichten.
3. Puntenverdeling
75 % op het schriftelijk examen (meerkeuzevragen)
25 % op de schriftelijke proef over de werkcolleges
Een student die in totaal een voldoende behaalt (d.w.z. een cijfer van 10/20 of meer), terwijl hij op een van de onderdelen van het opleidingsonderdeel een onvoldoende heeft (d.w.z. een cijfer van minder dan 7,5/15 voor het schriftelijk examen, of een cijfer van minder dan 2,5/5 voor de schriftelijke proef over de werkcolleges) hoeft dit onderdeel niet opnieuw af te leggen.
Wanneer een student in totaal een onvoldoende behaalt (d.w.z. een cijfer van minder dan 10/20), worden geen deelresultaten overgedragen, behoudens een voldoende op het onderdeel "schriftelijke proef over de werkcolleges" (d.w.z. een cijfer van 2,5/5 of meer), dat wordt overgedragen naar de tweede zittijd maar niet naar het volgende academiejaar (overeenkomstig art. 141, § 2, 1ste en 2de lid OER). De student kan wel uitdrukkelijk afstand doen van zijn cijfer op het onderdeel “schriftelijke proef over de werkcolleges”, indien hij ervoor kiest in de tweede zittijd beide onderdelen opnieuw af te leggen. Daartoe stuurt de student een mail naar de titularis van het vak, met het faculteitssecretariaat in kopie, ten laatste vijf werkdagen na het bekend maken van het globale cijfer (overeenkomstig art. 141, § 2, 3de lid OER).
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de rechten: Standaard traject
Bachelor in de rechten: Verkort traject
Master in de rechten: Verkort traject
Schakelprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject