9 ECTS credits
225 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 1020333ANW voor werkstudenten in het 1e semester met een inleidend bachelor niveau.

Semester
1e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Dit opleidingsonderdeel is enkel toegankelijk voor werkstudenten.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Onderwijsteam
Sofie De Kimpe (titularis)
Onderdelen en contacturen
26 contacturen Hoorcollege
18 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

In deze cursus gaat de aandacht uit naar de belangrijkste basisbegrippen en dimensies van het criminologische vraagstuk (zie ook de hoofdstukken in het handboek). De cursus geeft een beknopt overzicht van de geschiedenis van het criminologisch denken en bespreekt een aantal inzichten in oorzaken en gevolgen van criminaliteit en criminologische fenomenen.

Deel 1: Wat is criminologie?

Deel 2: Criminologische denken

Deel 3: "Het doen van criminaliteit": fenomenen van criminaliteit en dader- slachtoffer perspectieven

Deel 4: Controle en aanpak van criminaliteit (politie, strafrecht, bestraffingsdenken, gevangenis)

Deel 5: Een globaliserend perspectief (groene criminologie; staatsgeweld en mensenrechten; terrorisme)

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : Criminology, A sociological introduction, Carrabine - Cox - Cox - Crowhurst - Di Ronco - Fussey - Sergi - South - Thiel - Turton, 4de, Routledge, 9781138566262, 2020
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Documentatie voor de WPO's en slides voor het HOC worden ter beschikking gesteld, Canvas
Bijkomende info

In het opleidingsonderdeel wordt ook aandacht besteed aan de taalvaardigheid van studenten. Daarom wordt er verplicht bij alle studenten een taaltest afgenomen tijdens een van de hoorcolleges van dit vak. Het resultaat van de test zal bepalen of een student deel uitmaakt van een STAN-klas (voor studenten die minder dan 60% scoren).

Voor werkstudenten staan de hoorcolleges digitaal ter beschikking. Zij kunnen de taaltest ook thuis afleggen, mits voorafgaande aanvraag.

Meer specifieke informatie zal worden opgenomen in de canvasruimte van het opleidingsonderdeel.

Leerresultaten

Algemene en specifieke compete

Studenten:

  • kunnen basisbegrippen in de criminologie woordelijk weergeven, identificeren en illustreren met praktische voorbeelden uit de criminologische praktijk.
  • kunnen basisbegrippen in de criminologie toepassen op hedendaagse criminologisch vraagstukken.
  • kennen en hebben inzicht in de belangrijkste methodologische onderzoekstraditie binnen de criminologie en kunnen deze illustreren aan de hand van voorbeelden.
  • kunnen verschillende criminologisch denkkaders, stromingen en wetenschappelijk denkers herkennen, uitleggen en gebruiken in actuele criminologische eenvoudige vraagstukken.
  • kennen en kunnen de evolutie van het criminologisch denken verwoorden en plaatsen in een historisch perspectief (in de tijd) en aangeven wat de grenzen en hiaten ervan zijn.
  • hebben inzicht in de diversiteit aan criminaliteitsfenomenen en hun specifieke kenmerken. Zij kunnen deze specifieke kenmerken mondeling rapporteren en bespreken aan de hand van voorbeelden.
  • herkennen criminologische vraagstukken, afgeleid uit hedendaagse debatten en de actualiteit, en gerelateerd aan de evolutie van het criminologisch denken.
  • kunnen mechanismen die aan de basis liggen van de (historische) ontwikkeling van criminologie en strafrechtsbedeling identificeren, reproduceren en illustreren.
  • construeren en formuleren een kritische attitude ten aanzien van criminologisch relevante debatten.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 90% van het eindcijfer

Examen Andere bepaalt 10% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Examen schriftelijk met een wegingsfactor 90 en aldus 90% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Tussentijdse test met een wegingsfactor 10 en aldus 10% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Opdracht en taaltest

Aanvullende info mbt evaluatie

De quotering voor dit opleidingsonderdeel bestaat uit een schriftelijk examen (90%). Voorbeelden van examenvragen worden ter voorbereiding gegeven. Het examen is hoofdzakelijk een kennisexamen, maar peilt ook naar toepassing en vaardigheden. Het examen bevat open vragen en een reeks meerkeuze vragen. Het meerkeuze-gedeelte zal gequoteerd worden door positieve scoring met Hogere Cesuur. Er 
worden dus géén punten afgetrokken voor een fout antwoord. Het halen van punten door te gokken 
wordt daarentegen wél verwerkt in het eindpunt door de slaaggrens (= cesuur) te verhogen. 
De cesuur voor het examen en de exacte omzettingstabel zal tijdig op Canvas en in de exameninstructies 
gecommuniceerd worden. De examenstrategie is door deze methode eenvoudig: doe je best op heel 
het examen, vragen die je niet weet of gedeeltelijk weet, gok je naar best vermogen, zonder zorgen 
over eventuele puntenaftrek.

De studenten maken een opdracht. Deze wordt gequoteerd op 10% van het puntentotaal van het schriftelijk examen. Binnen deze 10% valt ook het verplicht afleggen van de taaltest, aan het begin van het semester. De studenten die minder dan 60% scoren op de taaltest volgen verplicht het STAN-traject.  Dit traject bestaat uit een combinatie van verplichte taallessen en opdrachten. Zowel de taaltest als de eventuele deelname aan het STAN-taaltraject worden gequoteerd binnen de opdracht die 10% van het eindcijfer bepaalt. Het schriftelijk examen staat op 90 % van de punten, zie ook hierboven.

In geval van tweede zit wordt de opdracht opnieuw ingediend. Diegenen die niet slaagde voor het STAN-traject leggen ook de herexamen-module van het STAN-traject af.

Studenten hoeven niet voor beide onderdelen afzonderlijk te slagen; een totaalscore van 10 op 20 volstaat, ongeacht de deelpunten.

De deelpunten worden niet automatisch overgedragen naar de tweede zittijd, maar studenten kunnen dit wel aanvragen voor de opdracht (niet voor het examen).

OVERMACHT

In geval van overmacht wordt door student en docent in onderling overleg gezocht naar een inhaalmoment, conform de in artikel 111 van het Onderwijs- en Examenreglement voorziene modaliteiten. Indien er maar een beperkt aantal studenten gebruik maken van het deelexamen zal het inhaalexamen mondeling verlopen.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de psychologie: Profiel arbeids- & organisatiepsychologie
Bachelor in de psychologie: Profiel klinische psychologie
Bachelor in de agogische wetenschappen: profiel sociale agogiek
Bachelor in de agogische wetenschappen: profiel culturele agogiek
Bachelor in de agogische wetenschappen: Startplan
Bachelor in de criminologische wetenschappen: Standaard traject