6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1020544BNR voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
2e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Studenten in het standaardtraject van de bachelor in de Criminologische Wetenschappen of in de bachelor Politieke Wetenschappen en Sociologie, afstudeerrichting Sociologie met minor Criminologische Wetenschappen hebben 'Inleiding tot het recht' gevolgd, alvorens 'Strafprocesrecht en mensenrechten' op te nemen en volgen gelijktijdig 'Materieel Strafrecht' of zijn hiervoor reeds geslaagd. Voor studenten in een verkort traject van de bachelor Criminologische Wetenschappen houdt 'Strafprocesrecht en mensenrechten' opnemen in dat zij gelijktijdig 'Materieel Strafrecht' opnemen, of hiervoor reeds geslaagd zijn.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Metajuridica
Onderwijsteam
Paul De Hert (titularis)
Wendy Michiels
Onderdelen en contacturen
26 contacturen Hoorcollege
13 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
110 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

Strafprocesrecht en mensenrechten is een juridisch vak gedoceerd aan een criminologisch studentenpubliek, waarbij de juridische aanpak van de procedure van het Belgisch strafproces wordt onderzocht en geanalyseerd. We gaan na op welke wijze het strafrechtelijk apparaat wordt opgestart en reflecteren over de feitelijke werking van dat apparaat. Hierbij wordt de aandacht gericht op de procedure om tot opsporing of onderzoek te komen, de procedure om tot veroordeling of vrijspraak te komen en de procedure tot uitvoering van een opgelegde straf. Er wordt uiteengezet welke actoren betrokken zijn bij deze procedures. Bijzondere aandacht zal besteed worden aan de correcte benaming van de correcte juridische terminologie. De leerstof zal in de loop van het academiejaar geactualiseerd worden wanneer er sprake is van recente wetswijzigingen.

De stof wordt gedoceerd door de hoorcollege-docent in hoorcolleges en verder toegelicht, geconcretiseerd en ingeoefend door de assistent tijdens de verplichte werkcolleges (WPO’s).

De opbouw van de cursus is zo opgevat dat de student vertrouwd wordt gemaakt met de beginselen van het strafprocesrecht en de actoren. Vervolgens wordt gekeken naar het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek. Deze fase van opsporing en onderzoek wordt afgerond met ofwel een regeling van de rechtspleging ofwel enig andere beslissing van (niet) vervolging. Thema’s die behandeld worden zijn de rechten van verdediging, de verschillende opsporingshandelingen en onderzoeksdaden en de voorlopige hechtenis.

De cursus zet dan een volgende stap en kijkt naar het onderzoek ter terechtzitting (de procedure voor de vonnisgerechten); het bewijs en rechtsmiddelen (o.a. hoger beroep) en naar de strafuitvoering: verbeurdverklaring en strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek.

Het onderwijs zoekt voortdurend verbinding met onderzoeksthema’s vanuit de criminologie en kijkt daarom ook naar de alternatieve afhandeling van de strafvordering: guilty plea, bemiddeling in strafzaken, verruimde minnelijke schikking, enz.

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : Overzicht van het Belgisch strafprocesrecht, Filiep Deruyck, Yannic Van Landeghem, laatste herziene uitgave (check op internet), Die Keure
Handboek (Vereist) : Bamacodex Codex, Strafrecht, Filiep Deruyck, Bart Spriet, Philip Traest, Tom Vander Beken, Raf Verstraeten, laatste herziene uitgave (check op internet), Die Keure
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Powerpoints, Verspreid via Canvas
Bijkomende info

Het gebruik van BAMACODEX is essentieel voor deze cursus. Dit wetboek wordt voortdurend gebruikt tijdens hoorcolleges en werkcolleges en moet worden meegenomen naar het examen. Het laat de student toe om het memoriseren van ‘juridische informatie’ te beperken tot wat strikt nodig is en voor het overige te werken met de wetteksten zelf bij het beantwoorden van examenvragen. De student mag in het wetboek onderlijnen of kleuren. Het wetboek mag gebruikt worden tijdens het examen onder volgende bijkomende voorwaarden:

  • Het gebruik van een geannoteerd wetboek is verboden;
  • Het wetboek bevat nergens bijgeschreven tekst, pijlen, symbolen of enige andere tekens. Het aanbrengen van woorden, code of gebruik van kruisverwijzingen, op welke wijze ook, is verboden;
  • Tekstdelen mogen worden aangeduid door onderlijnen of met gebruik van een markeerstift. Enkel volledige woorden mogen worden aangeduid. Het is verboden om via kleuren of andere aanduidingsvormen enige code aan te brengen in de gebruikte tekst;
  • Het gebruik van ruitertjes, schuivers, post-its of een andere wijze van onderverdeling van het wetboek omwille van de gebruiksvriendelijkheid is toegelaten op voorwaarde dat dit geen systeem van kruisverwijzingen of andere vorm van codering betreft;
  • Het wetboek dient op geen enkele andere wijze als spiekinstrument of middel van examenfraude.

Wetboeken worden gecontroleerd tijdens het examen. Deze die niet conform de richtlijnen zijn, worden tijdens het examen weggenomen.

Voormelde regeling geldt als “eigen regeling”, zijnde de uitdrukkelijke afwijking van het aanvullend facultair reglement met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen tijdens examens d.d. 27 november 2012, zoals voorzien in artikel 2 van voormeld reglement.

Voor alle studenten staan de hoorcolleges digitaal ter beschikking. Meer specifieke informatie zal worden opgenomen in de canvasruimte van het opleidingsonderdeel.

Leerresultaten

Algemene Competenties

  • De student heeft inzicht in de actuele strafrechtelijke regelgeving en in de bestaansreden van die regelgeving en kan zich op accurate wijze binnen dit regelgevend kader situeren.
  • De student kan de centrale theoretische concepten en vakeigen termen uit strafrecht in eigen woorden en op accurate wijze uitleggen, en kan deze concepten en termen toepassen in een concrete handelingscontext.
  • De student kan betekenis en consequentie geven aan door hem geobserveerde of aan hem voorgelegde strafrechtelijke casussen, problemen en gevallen in de actualiteit.
  • De student kan zelfstandig een juridisch probleem kwalificeren en de relevante informatie opzoeken in vakeigen bronnen (wo wetboeken) om tot een oplossing te komen.
  • De student kan verbanden leggen tussen verschillende leerstukken van strafrecht en kan problemen of lacunes in de actuele regelgeving detecteren en hierover kritisch rapporteren.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 75% van het eindcijfer

WPO Praktijkopdracht bepaalt 25% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Exm. Mond met een wegingsfactor 1 en aldus 75% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • WPO Praktijkopdracht met een wegingsfactor 1 en aldus 25% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Het examen voor het vak valt uiteen in twee delen. 

  • Enerzijds een examen over de leerstof gedoceerd in de hoorcolleges (op 15 van de 20 punten).
  • Anderzijds een beoordeling op de stof behandeld in de werkcolleges(op 5 van de 20 punten).

Het examen op de hoorcolleges heeft betrekking op de stof behandeld in de hoorcolleges (o.a. power point presentaties) alsook alle leerstof in het handboek van Filiep Deruyck. Dit boek dient volledig gekend te zijn, met uitzondering van de passages waarvan uitdrukkelijk wordt gezegd dat ze wegvallen. Een lijst met wegvallende passages wordt verspreid door de docent.

Het examen op de hoorcolleges is mondeling en valt uiteen in twee delen:

  • Een eerste deel bevat kennisvragen (op 10 van de 15 punten). 
  • Het tweede deel bevat open vragen (op 5 van de 15 punten). De studenten krijgen vooraf tijd om een schriftelijke voorbereiding te maken.

Voorbeelden van vragen komen aan bod in het hoorcollege en zullen ter beschikking gesteld worden via Canvas.

De beoordeling op het werkcollege (op 5 van de 20 punten) valt uiteen in twee delen: 

  • (a) 2 punten op medewerking 
  • (b) 3 punten op een schriftelijk verslag van een rechtbank bezoek.

Dit verslag wordt nader besproken op Canvas.

Aanwezigheid bij de werkcolleges is verplicht en wordt bij elk werkcolleges genoteerd. Overeenkomstig het reglement op de werkcolleges kan de student enkel afwezig zijn in geval van overmacht (vb. ziekte) waarvan hij ten laatste tijdens het volgende werkcollege een attest of bewijs dient voor te leggen. Indien de overmacht niet gestaafd wordt, wordt de student automatisch naar de tweede zittijd verwezen. De student wordt eveneens verwezen naar de tweede zittijd wanneer hij opdrachten niet uitvoert. Wanneer een opdracht te laat wordt uitgevoerd, is dit hetzelfde is als wanneer een opdracht niet wordt uitgevoerd. Indien een student meermaals gewettigd afwezig is geweest, zal hem een bijkomende opdracht worden opgelegd.

Het cijfer dat een student voor de werkcolleges in eerste zittijd behaalt, wordt niet behouden in de tweede zittijd.

In tweede zittijd wordt enkel het examen in rekening genomen. Indien de student een cijfer van minstens 3/5 behaalt op het werkcollege en het daaropvolgend jaar het vak opnieuw dient af te leggen, wordt vrijgesteld van het volgen van het werkcollege.

De student is geslaagd met een totaalresultaat van 10/20, zonder te hoeven slagen op beide delen.

Het is niet toegestaan zonder afspraken met de docenten generatieve AI te gebruiken om output te genereren met betrekking tot een opdracht. De richtlijnen van de VUB inzake AI zijn van toepassing, inclusief OER reglement artikel 118.  Studenten dienen de gebruikte prompts en de verkregen resultaten bij te voegen via deelbare links of in een bijlage bij het werkstuk.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de criminologische wetenschappen: Standaard traject
Bachelor in de criminologische wetenschappen: Verkort traject
Bachelor in de politieke wetenschappen en de sociologie: - afstudeerrichting sociologie, minor criminologische wetenschappen